„Zorg dat de toeristen ons niet in de steek laten”
„Zorg dat toeristen ons niet in de steek laten.” Dat is de oproep die directeur Van den Bosch van Beter-uit Reizen steeds te horen krijgt van de bevolking in de getroffen gebieden.
Van den Bosch verblijft momenteel in Thailand. Hij wil doorreizen naar Sri Lanka. Vorige week vrijdag, enkele dagen voor de ramp, kwam hij in Azië aan. Kort na de ramp vertrok hij naar Thailand.
„Ik ben heel even vlak bij het rampgebied geweest. Maar je mag daar niet naar binnen.” Wel is hij in een ziekenhuis geweest waar een Thai ligt die hij persoonlijk kent. De verhalen die hij hoort zijn ronduit gruwelijk.
Beter-uit heeft geen vakantiegangers in de rampgebieden. „Wij mijden de subtoeristische gebieden. Wel bezoeken we delen van die plaatsen regelmatig op rondreizen.” Volgens Van den Bosch houdt de regering van Thailand de dodencijfers onder toeristen bewust laag. De getroffen landen zijn erg afhankelijk van toerisme. „Srilankanen vragen steeds aan ons of we toch in het land willen blijven komen. Het grootste deel staat immers nog overeind.”
Het reisbureau van Van den Bosch steunt op meerdere plaatsen in de wereld hulpverleningsprojecten. In Thailand gaat er bijvoorbeeld geld naar een opvangtehuis voor kinderprostituees. Er zijn betrekkingen met onder meer kerken. Dat is ook het geval in Sri Lanka.
De contacten die hij in dat land heeft, gebruikt Van den Bosch nu voor noodhulp. „Ons hulpfonds heeft inmiddels 15.000 euro overgemaakt naar de christelijke hulporganisatie Fridsro. Mensen die ter plaatse zijn, kunnen nu voorraden goederen opkopen en naar de rampgebieden rijden. Er is vooral behoefte aan melkpoeder, tandenborstels en medicijnen. Voornamelijk kinderen hebben die melkpoeder nodig.”
Van den Bosch zegt dat hulpverlening via de lokale bevolking het snelst gaat. „De bevolking spreekt nauwelijks Engels. Het beste is om de hulp te laten verlopen via lokale kerken. Die mensen mogen de getroffen gebieden in en zijn al in de buurt. Buitenlandse hulpverleners moeten zich eerst organiseren voordat ze kunnen helpen. Dat duurt veel te lang.”