„Christelijke hulporganisaties wel betrouwbaar”
De christelijke organisaties die naast de Samenwerkende Hulp Organisaties (SHO) hulp verlenen aan Azië hebben het CBF-keurmerk. Het is onterecht dat hun kwaliteit ter discussie staat.
Dat stelt Jan Ouwehand, woordvoerder van Prisma, de stichting waarbinnen de christelijke organisaties samenwerken, in een donderdag verstuurd persbericht.
Volgens een SHO-woordvoerder in het Nederlands Dagblad van donderdag zouden maar weinig organisaties aan de kwaliteitseisen van de SHO kunnen voldoen. Ouwehand vindt het onterecht dat door die uitspraak de kwaliteit van ’zijn’ organisaties onder kritiek komt te staan. Hij wijst erop dat de organisaties die binnen Prisma actief zijn, zeven jaar geleden een aanvraag hebben ingediend voor het lidmaatschap van de SHO. Die werd „na zes jaar gesprekken en correspondentie” afgewezen. Niet vanwege de kwaliteit, maar vanwege de identiteit van de organisaties, aldus Ouwehand.
De SHO gaf volgens hem indertijd aan wel ruimte te zien voor de christelijke organisaties om hun eigen achterban te benaderen. „Prisma heeft dat toen als zodanig opgepakt”, aldus Ouwehand. Hij wijst erop dat de organisaties naast het CBF-keurmerk relatief lage kosten voor fondsenwerving hebben. „De meeste Prisma-organisaties werken met lokale partners, die niet alleen in de noodhulpfase, maar ook in de fase van wederopbouw zeer actief zijn en in hoge mate samenwerken met lokale gemeenschappen.”