Maisoogst elk jaar weer indrukwekkend
„Mais is emotie”, zei een loonwerker vorig jaar tijdens de maisoogst tegen de regionale zender RTV Oost. Niet voor niets staan er bijna altijd mensen bij te kijken. Loonwerkers en boeren zien uit naar het moment dat de mais geoogst kan worden. Ze vieren een feestje als dat weer op tijd gelukt is.
Het oogsten of kneuzen van de mais is een indrukwekkend gezicht. Het ene moment kijk je tegen een soort ondoordringbare jungle van meer dan manshoge maisplanten aan, een tijdje later rest een kale vlakte met stoppels.
Vooral de hakselaar met zijn enorme, brede maisbek is een indrukwekkende machine. De planten, inclusief de kolven, worden afgesneden en letterlijk in stukjes gehakt. Een beetje hakselaar weegt zo’n 12 à 13 ton, twaalf keer zo veel als een Volkswagen Polo. De aanschafprijs is minstens twintig keer zo veel: die begint voor een nieuw exemplaar zo ongeveer bij 400.000 euro.
En dan rijdt er ook nog een aantal trekkers met enorme kiepkarren om de mais af te voeren. Bij de boerderij staat een shovel te wachten om het gehakselde veevoer goed op een hoop te krijgen en aan te rijden. Die hoop, de zogeheten kuil, wordt met plastic afgedekt en ligt vervolgens te wachten op de winterperiode.