Ook ondernemers wijkzorg zeggen toch ja tegen zorgakkoord
Ook de branchevereniging voor kleinere ondernemers in de thuiszorg Zorgthuisnl stemt toch in met het zogenoemde Integraal Zorgakkoord. Eerder wilde Zorgthuisnl geen handtekening onder de afspraken tussen zorgclubs en het ministerie van Volksgezondheid zetten. Branchevereniging ActiZ, ook een van de weigeraars, meldde eerder op de dag al toch ja te zeggen tegen de plannen.
In het Integraal Zorgakkoord zijn afspraken gemaakt tussen de zorgsector en het ministerie over de toekomst van de zorg, gelet op onder meer de vergrijzing in Nederland. Zo worden beloftes gedaan over het investeren in de wijkzorg. Zorgthuisnl wilde dat er via de contracten tussen zorgorganisaties en verzekeraars voor 2023, die rond deze tijd gesloten worden, al meer geld zou worden besteed aan de wijkzorg. „Het Integraal Zorgakkoord gaat in 2023 in”, aldus bestuurder van Zorgthuisnl Hans Buijing. „Dat betekent dat verzekeraars dus nog een jaar achterover konden zitten.”
Na gesprekken met onder meer zorgverzekeraars deze week is nu toch beloofd ook voor komend jaar al meer in de wijkzorg te investeren. Buijing benadrukt wel dat deze herfst moet blijken of verzekeraars zich aan die afspraken houden. „Als het niet gebeurt, dan kan de vraag of we het akkoord ondersteunen alsnog weer op tafel komen. Dan zijn we voor het lapje gehouden.”
Ook de branchevereniging van organisaties in de wijk- en verpleegzorg ActiZ liet vrijdag weten toch in te stemmen met het zorgakkoord, na vergelijkbare onderhandelingen deze week. Ook ActiZ zegt de beloftes uit het akkoord wel „nauwgezet te monitoren”. De huisartsen zeiden deze week eveneens nog niet in te kunnen stemmen met het akkoord. Of zij alsnog te overtuigen zijn om op korte termijn te tekenen is nog onduidelijk.