Volgens de Servische premier Zoran Djindjic kunnen de eerste verdachten binnen drie weken nadat de wet is aangenomen aan het tribunaal worden uitgeleverd.

De Joegoslavische Tweede Kamer debatteerde ’s middags over de wet, maar nam nog geen besluit. Nationalisten en aanhangers van de Joegoslavische oud-president Milosevic verzetten zich heftig. Verwacht wordt dat de kamer vandaag desondanks instemt met de wet.

De Verenigde Staten hadden de Joegoslavische autoriteiten, om niet 120 miljoen dollar aan steun mis te lopen, tot 31 maart de tijd gegeven om met het tribunaal te gaan samenwerken en verdachten over te dragen. Als de wet is aangenomen, zullen de VS Joegoslavië alsnog financiële hulp geven.

Ondanks het ontbreken van een uitleveringswet zorgde Djindjic er vorig jaar voor dat Milosevic, de belangrijkste verdachte van het tribunaal, wel werd overgedragen. Het was vooral de Joegoslavische president Vojislav Kostunica die zich tegen samenwerking met het tribunaal verzette. Het Joegoslavië-tribunaal heeft overigens altijd betoogd dat van de uitlevering van verdachten geen sprake was, omdat Joegoslavië lid is van de Verenigde Naties en het tribunaal een VN-hof is.

„Degenen van jullie die voor deze wet durven te stemmen, zullen de grondwet schenden. Het is illegaal om Joegoslavische burgers uit te leveren en dat weten jullie heel goed”, betoogde de ultranationalist Vojislav Seselj woensdag in de Joegoslavische Tweede Kamer. „Jullie willen alleen jullie schuld wegwassen na Milosevic te hebben ontvoerd.” Zivorad Igic, van Milosevic’ SPS, noemde de nieuwe wet „puur verraad.” „Als we de wet aannemen, zouden we de bloedige laarzen van het Amerikaanse imperialisme kussen”, zei hij.

De wet is op het laatste moment nog aangepast aan de wens van de Montenegrijnen om haar alleen van toepassing te laten zijn op verdachten die al zijn aangeklaagd. Woordvoerder Jim Landale van het Joegoslavië-tribunaal zei woensdag echter dat de samenwerking met Joegoslavië „totaal en onvoorwaardelijk” moet zijn.

Het Joegoslavische parlement heeft ook de onschendbaarheid opgeheven van parlementsleden, voormalige medewerkers van Milosevic. Dat gebeurde op verzoek van de Servische justitie, die hen mogelijk willen vervolgen wegens machtsmisbruik in de tijd dat Milosevic aan de macht was. Het gaat om een lid van de Socialistische Partij van Milosevic en een lid van Joegoslavisch Links, de partij van Milosevic’ echtgenote Mira Markovic. Het tweetal wordt niet gezocht door het Joegoslaviëtribunaal.