Van der Gaag is in de Kamer met twee anderen uit de sector en ze zijn het eens: de transitie naar hernieuwbare energie moet heel snel gaan. Er zijn nog ongeveer honderd maanden over voordat het 2030 is. In het coalitieakkoord heeft de regering besloten de uitstoot tegen die tijd te verminderen met minstens 55 procent ten opzichte van 1990. „Er is een corona-achtige mindset nodig”, zegt Van der Gaag daarom. „Het moet net zo snel gaan als dat er medicijnen zijn ontwikkeld.”

Naar verwachting stijgt de elektriciteitsvraag van 120 miljard naar 200 miljard kilowattuur. Om hieraan te voldoen is meer sturing nodig van de overheid, ziet Hans Peter Oskam, Directeur Beleid & Energietransitie bij Netbeheer Nederland. Het gaat dan onder meer om subsidie geven aan projecten waar de meeste stroom nodig is. Dit kan bijvoorbeeld zijn op plekken waar waterstof moet worden ontwikkeld.

Het is mogelijk dat sectoren tegen 2035 al ‘CO2-neutraal’ zijn, denkt Roger Miessen, topman van energiebedrijf RWE. „En zodra bedrijven CO2-negatief worden, kunnen ze daarmee ook andere sectoren helpen.” CO2-negatief betekent dat bedrijven meer broeikasgassen uit de lucht halen dan dat ze uitstoten.

Kamerleden die aanwezig waren bij de technische briefing, zijn kritisch over het optimisme van de deskundigen. „Dat terwijl de rapporten niet zo optimistisch zijn”, stelt Renske Leijten van de SP. Van der Gaag zegt dat ze de moed erin proberen te houden. „We zien dat er heel veel goeds gebeurt in Nederland. Maar we weten ook dat er nu heel grote keuzes gemaakt moeten worden. Anders gaan we het gewoon niet halen.”