IAEA komt begin volgende week met rapport kerncentrale Zaporizja
Het Internationaal Atoomenergieagentschap (IAEA) komt „begin volgende week” met een gedetailleerd rapport over de veiligheid van de grote kerncentrale in de Oekraïense regio Zaporizja. Dat zei IAEA-chef Rafael Grossi vrijdag in een persconferentie. Daarin uitte hij zijn bezorgdheid over de situatie in en rondom het nucleaire complex. Die bezorgdheid is ingegeven door wat Grossi een „algemeen bekend feit” noemde: er wordt flink gevochten in de regio waar de centrale staat. Om diezelfde reden maakt hij zich zorgen over de veiligheid van het personeel in de centrale. Dinsdag praat Grossi de Veiligheidsraad van de VN bij.
Grossi bezocht donderdagmiddag met een delegatie deskundigen het complex in Enerhodar, in het zuiden van Oekraïne. Grossi en het grootste deel van zijn team zijn inmiddels terug in Wenen, waar het IAEA gevestigd is. Zes deskundigen van het IAEA zijn achterbleven. Twee van hen blijven op permanente basis in de kerncentrale aanwezig, bevestigde Grossi.
De kerncentrale, de grootste van Europa, is de afgelopen tijd regelmatig onder vuur genomen. Rusland, dat de centrale heeft bezet, en Oekraïne beschuldigen elkaar van de aanvallen. Des te opmerkelijker was het dat het Oekraïense leger vrijdag zei aanvallen te hebben uitgevoerd op Russische posities in de regio rond Enerhodar, in de buurt van de kerncentrale waar VN-experts aan het werk zijn.
Vlak voordat de IAEA-missie donderdag arriveerde werd een van de zes reactoren van het nucleaire complex automatisch stilgelegd doordat een projectiel een noodaggregaat had geraakt. De technici van het Oekraïense energiebedrijf Energoatom slaagden er vrijdagmiddag in de installatie weer op te starten, zodat er nu weer twee operationeel zijn. Enkele andere werken niet door reparatiewerkzaamheden en onderhoud.
