Chipfondsen grootste dalers in opnieuw lagere AEX-index
De AEX-index van de aandelenbeurs in Amsterdam is maandag opnieuw met verlies gesloten, waarmee werd voortgeborduurd op de stevige min van vrijdag. Beleggers op Beursplein 5 hadden te kampen met rentevrees. Grootste dalers in de AEX waren de chipfondsen ASMI, ASML en Besi en speciaalchemieconcern DSM.
De AEX zakte 1 procent tot 698,33 punten. Vrijdag verloor de hoofdindex al 1,8 procent. De laatste keer dat de graadmeter onder de 700 punten eindigde was op 20 juli. De MidKap verloor 0,2 procent tot 944,08 punten. De beurzen in Frankfurt en Parijs eindigden tot 0,8 procent in het rood. Londen was gesloten vanwege een vrije dag.
De waarschuwing van de Amerikaanse centralebankpresident Jerome Powell op vrijdag dat de rente verder omhoog moet om de hoge inflatie te bestrijden, galmde nog na op de beurzen. Beleggers hadden juist gehoopt dat de Federal Reserve de rente in de grootste economie ter wereld iets minder agressief zou gaan verhogen. Ook verschillende beleidsmakers van de Europese Centrale Bank (ECB) hintten afgelopen weekend op een stevige renteverhoging in de eurozone vanwege de sterke stijging van de consumentenprijzen.
ASMI, Besi en ASML leverden tot 4,6 procent in en DSM werd 3,3 procent lager gezet. Sterkste stijger bij de hoofdfondsen op het Damrak was staalproducent ArcelorMittal met een koerswinst van 2,9 procent, gevolgd door telecomconcern KPN (plus 1,8 procent) en olie- en gasbedrijf Shell (plus 1,5 procent).
In de MidKap ging Boskalis 2,9 procent omhoog. Investeerder HAL verhoogde het overnamebod op de baggeraar en maritiem dienstverlener naar 33 euro per aandeel. Dat is 1 euro meer dan het vorige bod. Boskalis vond het eerdere bod van HAL niet overtuigend genoeg om aan te bevelen aan zijn aandeelhouders, maar raadt ze nu wel aan hun stukken aan te melden.
Bodemonderzoeker Fugro ging aan kop bij de middelgrote fondsen op het Damrak met een winst van 3,2 procent. De aanbieder van postkluisjes InPost was hekkensluiter met een verlies van ruim 3 procent.
De euro noteerde op 0,9996 dollar. Een vat Amerikaanse olie steeg 3,3 procent in prijs tot 96,20 dollar. Brent-olie kostte 3 procent meer op 104,03 dollar per vat.