Nederlanders kopen minder in de winkel
Het omzetvolume van Nederlandse winkels is in februari met 1,2 procent gedaald in vergelijking met een jaar geleden. Ook in januari daalde het aantal verkochte spullen, toen met 0,2 procent.
Dat blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) woensdag bekendmaakte. Eind maart concludeerde het CBS al dat Nederlanders minder grote aankopen deden omdat ze somber zijn over hun financiële situatie.
Winkelen is in februari flink duurder geworden. De prijzen in de detailhandel stegen met 5,1 procent in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. De hogere prijzen leverden de winkeliers bijna 4 procent meer omzet op, becijferde het CBS woensdag.
De totale omzet van de Nederlandse detailhandel kwam in februari uit op 5,5 miljard euro. Dat is gemiddeld 813 euro per gezin. Daarvan is 40 procent uitgegeven aan voedingsmiddelen.
Volgens CBS-onderzoeker P. Mooijman is niet te zeggen of de invoering van de euro van invloed is geweest op de hoogte van de winkelprijzen. „Dat hebben we niet onderzocht.” Volgens Mooijman zijn er diverse oorzaken voor de gestegen prijzen. Zo is januari traditioneel de periode dat winkeliers hun prijzen aanpassen.
Overigens is de stijging van de winkelprijzen in de maand februari in lijn met de stijging over heel 2001. Toen kwam die uit op 5,2 procent. In de eerste maand van 2002 waren winkels gemiddeld 6 procent duurder. „Vooral groenten, aardappelen en fruit waren toen fors prijziger. Die artikelen zijn nog steeds 15 tot 19 procent duurder dan vorig jaar”, aldus de CBS-onderzoeker.
Van de omzet in voedingsmiddelen eisen supermarkten een steeds groter deel op. In februari zetten supermarkten (in geld uitgedrukt) 6,4 procent meer om, terwijl speciaalzaken als slagers en groentewinkels in februari 0,6 procent minder omzet draaiden.
Daarmee zet de trend van 2001 door. Vorig jaar bedroeg de omzetstijging over twaalf maanden 7,4 procent voor de supermarkten, terwijl de speciaalzaken met 2,8 procent meer genoegen moesten nemen.
De winkels die geen voedingsmiddelen verkopen boekten 3,3 procent meer omzet. Het volume in de non-foodsector daalde met 0,9 procent, terwijl de prijzen met 4,2 procent stegen.
De diverse soorten winkels vertonen grote verschillen. Winkeliers in huishoudelijke artikelen zagen de omzet in geld dalen, terwijl de doe-het-zelfbranche bovengemiddeld meer omzette.