Eerste Nederlandse gertroffenen terug op Schiphol
De eerste Nederlandse toeristen uit het rampgebied in Thailand en Sri Lanka zijn dinsdagochtend vroeg gearriveerd op Schiphol. Gehuld in een zomerse outfit, op slippers en zonder bagage kwamen ze zichtbaar geëmotioneerd aan op de luchthaven.
Nico en Maud Poons kwamen om 05.00 uur aan met hun acht maanden oude zoontje Sam. Ze hebben al hun persoonlijke bezittingen verloren. Ze kwamen uit Pukhet, het zwaar getroffen gebied in Thailand en konden via Kuala Lumpur, de hoofdstad van het buurland Maleisië, snel naar Nederland reizen.
De familie Poons, slechts gehuld in luchtige zomerkleding en met teenslippers aan de voeten, maakte de zeebeving van dichtbij mee. Ze konden op het nippertje aan de dood ontsnappen en beseffen wat een geluk ze hebben gehad. Nico Poons vertelt dat ze ineens iedereen van het strand en het zwembad het land op zagen vluchten. Hij ging daarop de hotelkamer binnen om hun creditcard en geld te halen. Met zijn drieën verlieten ze het hotel via de achterkant.
„Iedereen zocht een veilige plek hogerop,” zegt Nico. „Alles spoelde weg. Muren vielen om, elektriciteit viel uit. Mensen hingen aan bomen of werden tegen muren gesmakt, kindjes werden meegesleurd in het water. Een man zag zijn vrouw voor zijn ogen verdrinken en kinderen zochten naar hun moeder.”
Terwijl ze hun ervaringen vertellen, stromen bij Maud de tranen over de wangen. „Elke keer als ik mijn ogen dicht doe, trekt alles weer als een film voorbij.” De Poons’ telden in totaal drie vloedgolven, waarvan de eerste het hoogst was. Ze hadden aanvankelijk geen idee wat er aan de hand was.
„We stonden boven en zagen van alles voorbijdrijven. Je weet niet waar je naar toe moet. We zijn tot ons middel in het water de bush in gevluchjn man heeft de baby vastgepakt en gelukkig werden we snel opgepikt door een vrachtwagen en in veiligheid gebracht. De mensen waren ontzettend lief voor ons”, vertelt Maud verder.
Ook Wout en Mia van der Heyden uit het Brabantse Liempde zitten vol emoties. Zij maken deel uit van een groep van zes personen die via Dubai uit Sri Lanka arriveerde. Ze zijn evenals de familie Poons gehuld in een provisorische outfit die ze van medereizigers kregen. Aangezien hun hotelkamer aan het strand van Unawatuna Beach grensde, zijn ze alles kwijt. Alleen Wout had nog een buideltasje bij zich met zijn portemonnee en leesbril. Mia moet het sinds de ramp met één contactlens stellen.
Het echtpaar zat aan het ontbijt toen de vloedgolf hun hotel overviel. „Normaal gesproken lagen we rond die tijd al aan het strand. Het is een geluk dat we wat later waren. Binnen een mum van tijd werd alles meegesleept. We zetten het op een rennen en konden met de lokale bevolking meerijden op zo’n klein busje’.
De Van der Heydens konden vervolgens met een overvolle vrachtwagen naar het bergachtige achterland reizen, waar ze onderdak kregen bij boeddhistische monniken. Wout en Mia zijn erg te spreken over de verzorging die ze kregen. „We kregen warme thee en eten. We vroegen ons af waar ze het allemaal vandaan haalden. Echt super.”
De twee Brabanders reisden met een gezelschap van twintig personen sinds 8 december door Sri Lanka. Eigenlijk zouden ze op oudejaarsdag terugkomen. De rest van het gezelschap is eveneens in veiligheid gebracht en komt later naar Nederland.
Intussen stond Jolanda Fung zenuwachtig te wachten op de komst van haar kinderen van twaalf en zeventien die met hun vader de ramp in Pukhet meemaakten. Het enige wat ze sindsdien van hen heeft gehoord is een sms-je waarin stond dat ze nog leven, dat ze zich geen zorgen hoefde te maken en dat ze dinsdagochtend terugkeren op Schiphol.