Raad wil asielzoekers opvangen, maar niet gedwongen zoals nu
Binnen vijf werkdagen moeten het college van burgemeester en wethouders van Tubbergen, staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel) en het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) met elkaar om tafel om op een „zorgvuldige manier” een gesprek te voeren over de opvang van asielzoekers in Tubbergen. Het proces moet samen worden doorlopen. Een motie die hiertoe oproept, is tijdens de extra raadsvergadering door de voltallige gemeenteraad ingediend.
De negentien raadsleden betreuren het dat Tubbergen de afgelopen week te boek is komen te staan als gemeente die geen asielzoekers wil opvangen. De raad van Tubbergen staat voor humane asielopvang, waarbij ook bijvoorbeeld de zorg en onderwijs geregeld worden, zei CDA-fractievoorzitter Christel Luttikhuis namens de hele raad.
De staatssecretaris wordt in de motie expliciet opgeroepen om het gemeentebestuur van Tubbergen in staat te stellen zijn democratische rol te vervullen.
Van der Burg vindt het nog steeds gerechtvaardigd om dit „zeer zware middel” in te zetten. Hij doelt op zijn besluit om het COA toestemming te geven het hotel te gaan gebruiken als asielzoekerscentrum, en daarmee de gemeente te passeren. De asielcrisis is te groot om dit instrument niet te gebruiken, als gemeenten niet vrijwillig aan de komst van een azc willen meewerken, benadrukt de bewindsman.
Hij stelde de - retorische - vraag of aan herstel van het vertrouwen kon worden gewerkt. Een luid „nee” was het antwoord vanuit de publieke tribune.
In de tweede termijn van de raad werden flink wat kritische vragen afgevoerd op de staatssecretaris. De raad betwijfelt de juridische houdbaarheid van het dwangmiddel dat Van der Burg inzet. Maar de staatssecretaris wil vooralsnog niet van wijken weten. „Ik neem u bloedserieus, maar ik doe niet alles wat u wilt.”