Ouderlingenblad bestaat een eeuw: „Artikelen mogen schuren”
De naam is al die tijd nagenoeg ongewijzigd gebleven, de inhoud veranderde mee met de tijd. ”Ouderlingen{blad} voor Pastoraat en Gemeenteopbouw” bestaat dit jaar een eeuw. „De oriëntatie op Jezus en de Bijbel is gebleven.”
Het eerste nummer van Het Ouderlingenblad verscheen op 1 mei 1922, als ”Maandschrift ten dienste van hen, die de Gereformeerde Kerken in het Ambt dienen”. Eerder was er al een Diakenblad. Leidende figuren bij de totstandkoming van Het Ouderlingenblad waren prof. dr. D. Nauta en ds. J. Waterink (de latere hoogleraar).
De naam Ouderlingenblad in de titel is bewaard gebleven, ook al is er dan een toevoeging bij gekomen: ”voor Pastoraat en Gemeenteopbouw”. Het informeren en delen van kennis vormen nog altijd een belangrijke doelstelling van het blad. Verder is er veel veranderd, qua vormgeving, maar ook wat betreft de inhoud van het ongeveer zesduizend abonnees tellende blad.
„Het Ouderlingenblad is niet gereformeerd meer, maar het is ook geen blad van de Protestantse Kerk in Nederland”, aldus ds. W. G. (Wilbert) van Iperen, classispredikant Veluwe van de Protestantse Kerk en voorzitter van de redactie. „Het blad, dat wordt uitgegeven door KokBoekencentrum, is interkerkelijk en onafhankelijk. Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw zijn er ook hervormden in de redactie gekomen. Er zit al jarenlang iemand in met affiniteit met de Gereformeerde Bond. Vroeger was dat ds. A. Romein, nu is dat ds. R. F. (Roelof) de Wit, die volgende week zondag intrede doet in Rotterdam-Kralingen. Voor de artikelen worden niet alleen schrijvers gevraagd uit de Protestantse Kerk, maar ook van andere kerken.”
Opzicht en tucht
Ds. Van Iperen vindt de onafhankelijkheid een groot goed. „We kunnen schrijvers uitnodigen die vanuit diverse invalshoeken hun licht laten schijnen over een bepaalde problematiek. Ze hoeven niet hetzelfde te denken. Hun meningen mogen schuren.”
Redactielid ds. E. (Erica) Hoebe-de Waard uit Wageningen merkt op dat het blad christenen uit alle protestantse kerken wil bedienen. „Een goede kennis van me die ouderling is in de Nederlands Gereformeerde Kerken, leest het blad graag. Er zijn individuele lezers, maar voornamelijk collectieve abonnementen. In sommige gemeenten heeft bijvoorbeeld de kerkenraad een abonnement en geeft men het blad aan elkaar door.”
De tweede verandering heeft te maken met de onderwerpen. Ds. Van Iperen: „Toen het blad uitkwam, ging het inhoudelijk vooral om het leidinggeven aan de gemeente en over het opzicht van de ouderlingen over de gemeenteleden. In het blad stonden Bijbelse, dogmatische en kerkrechtelijke stukken. Tucht, onder andere in relatie tot het heilig avondmaal, was in die tijd een belangrijk aspect van het huisbezoek. Het blad was vooral zendend met de Bijbel als basis. In vergelijking met nu kwamen vragen van gemeenteleden minder aan de orde.”
Gebed
Ds. Hoebe: „Nu gaan de scribenten meer in gesprek over praktische onderwerpen als pastoraat, jeugdwerk, gebed en rouw. Dit jaar was er aandacht voor de oorlog in Oekraïne. Er staan ook gebeden en gedichten in en praktische columns over huisbezoek. Om en om komt er een themanummer uit. Dat van juni ging over het geloofsgesprek.”
Het blad is niet meer alleen bestemd voor ouderlingen. Ds. Van Iperen: „Het is bedoeld voor iedereen die werkzaam is in de kerk en voor betrokken kerkleden. Het geeft toerusting wat betreft de actuele onderwerpen. In de jaren tachtig was er in de Gereformeerde Kerken een diepingrijpende controverse over het plaatsen van kruisraketten. Het blad plaatste toen achtergrondartikelen over dit onderwerp zonder direct voor of tegen te zijn. De mensen konden zelf een beslissing nemen op grond van wat ze gelezen hadden.”
Conflicten
Ds. Hoebe: „We zoomen nu ook in op de actualiteit door onderwerpen die in de samenleving spelen op te pakken, bijvoorbeeld het omgaan met conflicten. Kerken prediken vrede en verzoening, maar hoe kunnen ze ook goed met conflicten omgaan? Een andere kwestie is veiligheid in de kerk, niet alleen als het gaat om seksualiteit, maar ook over het je veilig voelen in het algemeen. Dergelijke onderwerpen willen we aan de orde stellen om daarmee relevant te zijn voor nu.”
Een nieuw onderwerp is hoe mensen elkaar kunnen helpen om christen te zijn in deze tijd. Ds. Hoebe: „Het is niet meer vanzelfsprekend om christen te zijn, zoals dat eeuwenlang het geval was. We hebben elkaar nodig. We kunnen elkaar helpen om gemeente te zijn en om in deze cultuur navolger van Christus te zijn.”
Wat blijft is de oriëntatie op de Bijbel, aldus de twee. Ds. Van Iperen: „De artikelen mogen schuren, de meningen mogen verschillen, maar de Bijbel is de basis en Jezus Christus is het centrum.”