Al meer dan 600 opleidingen uit STAP-subsidieregeling verwijderd
Sinds de start van de STAP-subsidieregeling in maart zijn al meer dan 600 opleidingen uit het register verwijderd omdat ze bijvoorbeeld niet arbeidsmarktgericht zijn, meldt uitkeringsinstantie UWV. Ook lopen er nog diverse onderzoeken naar misbruik van de regeling.
Met STAP kunnen mensen per persoon een keer per jaar 1000 euro kunnen krijgen voor scholing, zolang er budget is. De subsidie gaat naar de opleider, niet direct naar de aanvrager.
Een woordvoerder van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt dat opleiders die niet voldoen aan de voorwaarden voor STAP op meerdere manieren kunnen worden aangepakt. Soms moeten ze hun cursus of opleiding aanpassen. Ook zijn boetes mogelijk, bijvoorbeeld als opleiders onrechtmatig gebruik maken van de regeling of opgegeven scholingskosten in werkelijkheid lager waren.
Er zijn de afgelopen maanden veel meer activiteiten bijgekomen waarvoor je de subsidie kunt krijgen. Het register bestond in maart nog uit zo’n 20.000 cursussen of opleidingen. Nu zijn dat er ongeveer 100.000.
Zo’n 115.000 mensen hebben intussen al gebruik gemaakt van het STAP-budget sinds de regeling werd opengesteld. Burgers kunnen elke twee maanden een aanvraag doen. In de maanden juli en augustus deden bijna 37.000 mensen dat, voor ruim 2800 verschillende opleidingen. In de derde aanvraagperiode, die loopt tot eind deze maand, kwam ruim een kwart van de aanvragen uit de sector zorg en welzijn, gevolgd door de zakelijke dienstverlening.
Net als bij eerdere aanvragen had meer dan de helft van de aanvragers een mbo-achtergrond. Het aantal gekozen opleiders blijft verder groeien en is inmiddels verdubbeld, van 250 in de eerste periode naar 520.
Het merendeel van de mensen die een aanvraag doet, heeft een baan. Bijna twee derde van de aanvragers geeft daarnaast aan dat ze zich willen bijscholen om beter te worden in hun huidige baan of om dat werk anders te gaan doen.
Ook de leeftijdscategorieën waaruit de aanvragen komen veranderen nauwelijks. Zo zijn alle leeftijdscategorieën „goed vertegenwoordigd” in de aanvragen, zegt de uitkeringsinstantie. De grootste groep bestaat uit werkenden tussen de 30 en 40 jaar (een derde van de aanvragers), ongeveer een vijfde is ouder dan 50 jaar.
Het UWV zegt graag meer aanvragen te willen uit de mbo-hoek en van mensen ouder dan 50. Daarvoor gaat de instantie actief informeren. Ook gaat de dienst bekijken hoe de regeling doorontwikkeld kan worden. Daarvoor werkt het samen met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.