Raad van State draait besluit staatssecretaris Asielzaken terug
Het besluit van de voormalige staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, Ankie Broekers-Knol, om vier kinderen en hun familie geen verblijfsvergunning te geven, is door de Raad van State vernietigd. De beslissing heeft te grote gevolgen voor de betreffende kinderen. De staatssecretaris moet de aanvragen opnieuw bekijken.
Het besluit van de vorige staatssecretaris voor asielzaken is genomen in het kader van de zogeheten Afsluitingsregeling. Die is bedoeld voor kinderen die volgens strikte regels geen verblijfsvergunning zouden kunnen krijgen, maar al jaren in Nederland wonen. Het is de afsluiting van het kinderpardon. De afsluitingsregeling is in januari 2019 van kracht geworden.
In een van de twee zaken gaat het om een - inmiddels meerderjarige - Keniaanse jongen en zijn moeder, die sinds 2001 in Nederland wonen. De staatssecretaris gaf geen verblijfsvergunning af omdat de moeder haar identiteit niet kon aantonen. Broekers-Knol heeft zich daarbij op contra-indicatie beroepen, waardoor zowel de moeder als haar zoon geen verblijfsvergunning hebben gekregen op basis van de Afsluitingsregeling. Het niet aantonen van de identiteit van de moeder mag, in een nieuw besluit, niet als argument worden aangedragen om een verblijfsvergunning te weigeren, oordeelt de Raad van State in zijn vonnis.
Ook moet de (huidige) staatssecretaris - Eric van der Burg - een nieuw besluit nemen over een verblijfsvergunning voor drie Vietnamese kinderen en hun ouders. Broekers-Knol wees de aanvraag voor een verblijfsvergunning af omdat de vader een vals reisdocument en een strafblad heeft. De vader is een gevaar voor de openbare orde, stelde de toenmalige staatssecretaris. Dat argument mag bij een nieuw besluit ook niet meer worden aangedragen om een verblijfsvergunning te weigeren, zegt de Raad van State.
De Afsluitingsregeling biedt de staatssecretaris veel beleidsruimte om een verblijfsvergunning toe te kennen dan wel af te wijzen, maar de bestuursrechter is bij zijn toetsing extra alert als het gedrag van de ouder(s) ongunstig voor het kind uitpakt, verduidelijkt de Raad van State in zijn vonnis. Het gevaar dreigt dat fundamentele rechten van deze kinderen worden geschonden. Die rechten zijn verankerd in het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens en in het Kinderrechtenverdrag.