Slachtoffers Brits ‘bloedschandaal’ krijgen ton schadevergoeding
De Britse regering gaat mensen compenseren die ernstig ziek werden door een behandeling voor een bloedaandoening bij de nationale gezondheidsdienst NHS. Het gaat om gedupeerden van het ‘schandaal van het besmette bloed’ dat mogelijk aan 2400 mensen het leven heeft gekost, bericht Sky News. Overlevenden en nabestaanden komen in aanmerking voor een schadevergoeding van 100.000 pond (bijna 120.000 euro).
De besmettingen vonden plaats in de jaren zeventig en tachtig. Patiënten liepen hiv en hepatitis C op doordat ze een besmet geneesmiddel kregen toegediend. Het ging om een geïmporteerd middel waarin het bloedplasma van duizenden donoren was verwerkt. Sommige van die donoren behoorden volgens critici tot risicogroepen, zoals drugsgebruikers en gedetineerden.
Activisten hebben zich tientallen jaren ingezet om schadevergoeding af te dwingen. Toch kon het besluit om slachtoffers te compenseren met een geldbedrag rekenen op gemengde reacties. Veel patiënten zijn al overleden en niet alle nabestaanden komen in aanmerking voor de schadevergoeding. Die wordt vooralsnog alleen uitbetaald aan overlevenden, weduwen en weduwnaren.
Het schandaal had enorme gevolgen voor de betrokkenen, zoals de inmiddels 45-jarige Andrew Evans. Hij liep op 5-jarige leeftijd hiv en hepatitis C op via behandelingen voor de stollingsstoornis hemofilie. Evans kreeg vervolgens op 16-jarige leeftijd aids. Zijn ouders namen hem in een rolstoel mee naar Disneyland omdat ze vreesden dat hij het niet zou overleven.
Evans behoort tot een groep van naar schatting 4000 overlevenden. Hij zegt volgens de nieuwszender blij te zijn met de compensatie. „Ik kan nu doen wat voor mij het belangrijkst is, zorgen dat mijn gezin een goede toekomst heeft. Maar ik besef me ook dat er nog mensen buiten de boot vallen.”