BOB in India
Wel eens een radiospotje over ”Wie is de BOB?” gehoord? Voor wie niet weet waar BOB (Bewust Onbeschonken Bestuurder) voor staat: het is iemand die aan het begin van een avondje stappen wordt aangewezen als degene die geen alcohol gaat drinken, zodat hij aan het begin van de ochtend de anderen veilig naar huis kan brengen.
Nuttig spotje, zou je denken, maar als je het een keer hebt gehoord, hoef je geen tweede keer meer. Je hoort enkele opgewonden jongeren die op het punt staan zich eens flink vol te gieten, om vervolgens al kotsend huiswaarts te keren.
Vanuit het oogpunt van effectiviteit lijkt zo’n enscenering natuurlijk ijzersterk: BOB moet immers bekend worden bij de groep die hem nodig heeft, en dan speel je niet een of ander busreisje van een jeugdvereniging uit de Alblasserwaard na.
Maar is zo’n spotje echt effectief? Want door die liederlijke staat van de jeugd als context van je boodschap te kiezen, stuur je een tweede boodschap de ether in: je suggereert dat zulk gedrag de normaalste zaak van de wereld is, en dus norm voor álle jongeren. Een avondje stappen dat uitloopt op dronkenschap is geen probleem, integendeel, als er maar een BOB in de buurt is. Al die jongeren die in hun vrije tijd Bewust Onbesproken Bezig zijn, die vertonen abnormaal gedrag en zouden moet worden heropgevoed…
Met iets dergelijks is het ministerie van Ontwikkelingssamenwerking momenteel bezig in India. Althans, de Nederlandse ambassade in New Delhi heeft dit en vorig jaar een slordige 36.000 euro uitgegeven aan reclamespotjes over aids. Gevoelig onderwerp in deze contreien, want seksualiteit ligt in India nog niet op straat. Of, om de Amerikaanse antropoloog Ruth Vanita te citeren in een studie over (homo)seksualiteit in de Indiase film (in de bundel ”Everyday Life in South Asia”): „Censuurwetgeving verbiedt dat seksuele gemeenschap, naaktheid en zelfs het elkaar kussen worden getoond in films. Maar ook ’gewone’ stellen laten het wel uit hun hoofd hand in hand over straat te gaan, elkaar te kussen of te omhelzen waar anderen, of zelfs hun familie, bij zijn.”
Je zou verwachten dat het Nederlandse ambassadepersoneel in India op de hoogte is van deze gevoeligheden. Maar wat blijkt? De ambassade heeft een aids-filmpje laten maken dat zo lijkt weggelopen uit de Amsterdamse homoscene, met alle vunzigheid die daarbij hoort. Onder anderen kamerlid Huizinga (CU) heeft er vorige maand vragen over gesteld; begin deze maand kreeg ze antwoord. „De spotjes zijn bedoeld voor vertoning in een besloten circuit”, aldus minister Van Ardenne (CDA!). Ze zegt verder dat aids-voorlichting alleen doeltreffend kan zijn als die aansluit bij de belevingswereld van de doelgroep. En ze concludeert: „Omdat de spotjes voor een besloten circuit bedoeld zijn, ondersteun ik de gekozen strategie.” Om die reden heeft de ambassade ook maar geen overleg met de Indiase overheid gevoerd over de filmpjes (of zou men bang zijn geweest voor een diplomatieke rel?).
Intussen gaat het in die filmpjes natuurlijk helemaal niet alleen over aids-preventie en condoomgebruik. Er is sprake van pure propaganda voor immoreel en liederlijk gedrag, waarvan stilzwijgend wordt gesuggereerd dat dit onder Nederlandse homoseksuelen normaal is. BOB in India dus, Bewust Onbeschoft Beleid. Daarom maar hopen dat die Indiase homoscene echt zo geïsoleerd is als de christen-democrate Van Ardenne wil doen geloven. Dan blijft de schade voor de Indiase samenleving én voor de reputatie van Nederland nog enigszins beperkt.
Ab Jansen