Glastuinder bestrijdt plagen biologisch
Van de totale teeltoppervlakte van negen gewassen in de glastuinbouw werd in 2020 op 95 procent biologische bestrijding tegen plagen toegepast.
Dat bleek dinsdag uit cijfers van statistiekbureau CBS. In 2016 ging het nog om 92 procent van het areaal. Biologische bestrijding houdt in dat plaaginsecten met andere insecten zoals sluipwespen of roofmijten worden bestreden en niet met chemische bestrijdingsmiddelen.
Voor komkommers, paprika’s en tomaten geldt dat op het volledige areaal sprake is van biologische bestrijding. Op die gewassen is dat al jaren in zwang. Bij aardbeien werd juist een grote sprong gemaakt. Bij sierteeltgewassen als rozen, gerbera’s en chrysanten wordt ook op meer dan 90 procent van het areaal biologische bestrijding toegepast. Bij potplanten blijft het wat achter.
Voor de biologische bestrijding zijn in 2020 52 miljard roofmijten en rooftripsen ingezet.