Jeffrey A. verkeerde in een „ernstige psychose” en was volledig ontoerekeningsvatbaar, aldus de rechtbank in Groningen. Dit stelt A. zelf ook. Volgens hem hadden vogels in de tuin bij zijn vader hem de opdracht gegeven. De man logeerde bij zijn vader nadat hij uit een psychiatrische kliniek was weggelopen. Volgens de rechtbank handelde A. niet met voorbedachten rade en is geen sprake van moord, maar van doodslag. Het Openbaar Ministerie eiste naast tbs met dwang een celstraf van vijf jaar omdat A. voor een deel wel toerekeningsvatbaar zou zijn.

Het 69-jarige slachtoffer werd op 7 juni 2021 in zijn woning zeker tien keer op zijn achterhoofd geslagen. Volgens A. was zijn vader aan de eettafel een boodschappenbriefje aan het schrijven. Daarvoor hadden ze samen een sigaret gerookt in de tuin, waar de vogels tegen A. zouden hebben gesproken.

Na het doodslaan van zijn vader had hij naar eigen zeggen een „ereronde” gemaakt op diens scooter. Hij werd met bloedspetters op zijn kleding aangehouden bij een maisveld buiten Groningen. „Ik dacht dat ik de koning had vermoord en ik de nieuwe koning was van de dimensie”, aldus A. De Arnhemmer zei in de rechtbank ook dat hij destijds geloofde dat hij achtervolgd werd door criminelen. Hij dacht dat zijn telefoon werd afgeluisterd en dat er camera’s in de woning van zijn vader hingen.

Volgens psychisch deskundigen van het Pieter Baan Centrum is A. in ieder geval sterk verminderd toerekeningsvatbaar. A. heeft een autismespectrum- en persoonlijkheidsstoornis. Die zouden mogelijk verergerd zijn door cannabisgebruik. De deskundigen adviseerden een tbs-behandeling met voorwaarden. De kans op herhaling is volgens hen hoog, maar met streng toezicht zou een behandeling kunnen slagen. De rechtbank vindt dit niet voldoende en kiest voor de strengere optie: tbs met dwangverpleging.