Weerwind in gesprek met gemeenten over werkdruk jeugdbescherming
Minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) wil niet inhoudelijk reageren op de eis van de FNV om 400 miljoen uit te trekken om nieuwe mensen in de jeugdbescherming te werven. Wel geeft hij aan in gesprek te zijn met gemeenten en jeugdbeschermingsregio’s. „Ik ben in gesprek, ik blijf in gesprek, want voor mij staan de gezinnen en kinderen centraal.”
Volgens de vakbond liet eerder onderzoek zien dat een jeugdbeschermer niet meer dan acht tot negen gezinnen kan begeleiden. Uit de inventarisatie van FNV komt echter naar voren dat een jeugdbeschermer die fulltime werkt gemiddeld achttien gezinnen bijstaat. Vrijdag dreigde de FNV daarom met acties als de minister niet vóór 19 augustus met het geld over de brug komt. Dat geld zou nodig zijn om de werkdruk in de jeugdbescherming te verlagen.
„Ik ken de druk, enorme werkdruk, hoge uitstroom en het slechte imago. Derhalve heb ik allerlei maatregelen ingezet samen met gemeenten”, stelt de minister. Een van de maatregelen is volgens Weerwind het bevorderen van de zij-instroom. Hij benadrukt dat hij zich blijft inzetten voor de gezinnen en hun kinderen, „want daar werken deze jeugdbeschermingsregio’s voor”. De grote werkachterstanden en werkdruk noemt hij „ernstig”.
Samen met de staatssecretaris van Volksgezondheid Maarten van Ooijen voert hij daarom gesprekken met gemeenten en de regio’s. „Gemeenten hebben hier een hele belangrijke rol in. Diverse gemeenten maken nu duidelijke prijsafspraken met de regio’s om ervoor te zorgen dat er meer menskracht komt, maar ook dat de processen beter gestroomlijnd worden.”