Vier meldingen bij BZK na interne intimidatie om Omgevingswet
Vier mensen hebben zich bij de hoogste ambtenaar van het ministerie van Binnenlandse Zaken gemeld, omdat zij vanuit het ministerie intimidatie hebben ervaren tijdens het werken aan de Omgevingswet. Minister Hugo de Jonge (Ruimtelijke Ordening) meldt dat in antwoord op Kamervragen van Khadija Arib (PvdA).
Begin juni meldde Eerste Kamerlid Saskia Kluit (GroenLinks) dat een aantal ambtenaren en zelfstandigen (zzp’ers), die vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken werkten aan de Omgevingswet, op non-actief was gesteld of ziek thuis zat. Zij zouden zwaar onder druk zijn gezet en geïntimideerd door anderen op het ministerie. Kritiek op de Omgevingswet moesten zij voor zich houden, of ontwikkelingen rooskleurig schetsen.
De secretaris-generaal (sg) van het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft met twee van de melders een gesprek gevoerd. Een van deze gesprekken leidde niet tot een klacht, het andere gesprek wel. Volgens De Jonge zal de sg die klacht verder onderzoeken en beoordelen. De twee andere gesprekken volgen „binnenkort”.
De Jonge zei eerder al dat ambtenaren openlijk kritiek moeten kunnen geven op de Omgevingswet. Voor zover hem bekend werd kritiek op die wet niet de kop ingedrukt. De Jonge schrijft nu dat de sg naar aanleiding van de signalen gesprekken over omgangsvormen voert. „Waar mogelijk kunnen dan verbeteringen worden doorgevoerd en zo nodig opgetreden”, aldus de minister.
In de Omgevingswet worden alle wetten en regels voor leefomgeving en ruimtelijke ordening gebundeld en vereenvoudigd. Procedures versnellen daarmee, zodat sneller vergunningen verleend kunnen worden. De invoering van de wet is al een aantal keren uitgesteld. Voor het zomerreces stemt de Eerste Kamer over de invoeringsdatum per 2023.