Boerenuitkoop: reductie van levensopdracht tot dagwaarde
Als het aan het kabinet ligt, worden de boeren massaal op het offerblok van de stikstofreductie gelegd. Voor veel boerengezinnen wacht een droeve en persoonlijke tragedie. Hun staat slechts één reductie voor ogen: de levensopdracht is verworden tot een dagwaarde.
Als minister van Natuur en Stikstof stelde Christianne van der Wal in de Tweede Kamer herhaaldelijk geen keuze te hebben. Zij wil een groot aantal boeren hun bedrijf, en daarmee hun levensopdracht, afnemen. Ook de boeren lijken geen andere keuze te hebben dan te vechten voor hun bestaan. Na jarenlang gebukt te zijn gegaan onder steeds striktere regelgeving krijgen zij nu een definitieve slag toebedeeld. De belofte van een ‘nette’ uitkoopregeling door Van der Wal moet voor veel boeren een enorm bittere bijklank hebben. Alsof aan een doodzieke patiënt een hospice met een balkon op het zuiden wordt toegezegd.
Mensonterend
De grootste voorstanders van het uitdunnen van het boerenbestand, zoals D66 en GroenLinks, brengen ons vaak het slavernijverleden in herinnering. Een van de meest mensonterende aspecten van deze donkere periode uit de geschiedenis was de reductie van het persoonlijk bestaan tot een geldwaarde. Hierdoor werd elke immateriële, culturele of persoonlijke waarde van een ander mens ontkend.
Het is daarom ronduit schokkend dat juist dezelfde politieke partijen zich zo denigrerend opstellen tegenover het boerenvolk. Massale uitkoop van boeren staat gelijk aan het ontkennen van het culturele en persoonlijke erfgoed dat vaak al generaties lang wordt gedragen in deze bevolkingsgroep. Hier gaat een diep vernederende en mensonterende politieke boodschap van uit.
Persoonlijke aanval
Boeren ervaren de politieke kruistocht die tegen hen gevoerd wordt als een aanval op hun persoonlijke bestaansrecht en deze emotie is heel goed invoelbaar. De boer als voedselvoorziener, ouder, opleider, landbeheerder, kerkganger en onderdeel van de lokale gemeenschap lijkt niet of nauwelijks gewicht te hebben in de politieke weegschaal. In de overheidsvisie lijkt de boer enkel een negatieve waarde te vertegenwoordigen. Of ten hoogste de waarde van een pion die gedachteloos wordt geofferd in een politiek schaakspel.
Voor veel mensen is een beroep een belangrijk onderdeel van identiteit. Dat geldt in zeer grote mate voor de boer, wiens werk een inrichting van het leven is dat in veel gevallen ook nog eens met gezin en familie is vervlochten. Werk in de voedselvoorziening is minstens zo maatschappelijk fundamenteel als werk in de zorgsector. Het gaat om zulke ontzettend elementaire waarden dat het wegvagen van een groot aantal boeren niet anders dan enorme emotie kan opwekken.
Omarming nieuw levenspad
Het kennisnemen van een plotseling veranderde levensopdracht is doorgaans eenvoudiger dan het aanvaarden ervan. Dat geldt ook voor een boer die zich plots genoodzaakt ziet een strijder voor zijn bestaan te worden. De recente boerenprotesten laten duidelijk zien dat men bereid is deze nieuwe opdracht te omarmen. De steun van medestanders, ook uit de wetenschap, de politiek en de publieke sector, zal hiervoor noodzakelijk blijven.
De huidige situatie stemt zo zwaarmoedig dat uit Psalm 23 gelezen kan worden. Als het aan het kabinet ligt, komt er een diepzwarte schaduw van een verstorven boerenvolk over de Gelderse Vallei te hangen. De boeren hebben de uiterst lastige opdracht dit kwaad niet te vrezen, de stok met wijsheid in te zetten en hoop te blijven houden. Uiteindelijk zal de tegenstander dan met gebogen hoofd zelf aan de tafel willen aanschuiven.
De auteur is als wetenschappelijk onderzoeker verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam.