MKB stelt voorwaarden aan levensloopregeling
MKB-Nederland wil bij de komende CAO-onderhandelingen alleen afspraken over de levensloopregeling maken als de werkgevers hun stempel mogen drukken op de bestemming van het geld. Dat kan door bijvoorbeeld spaartegoeden te bestemmen voor vroegpensioen.
Dat zegt de koepelorganisatie voor het midden- en kleinbedrijf in een dinsdagochtend verschenen nota over het arbeidsvoorwaardenbeleid 2005. „Wanneer er geen sprake is van enige sturing in de levensloopregeling, zijn afspraken niet nodig. De regeling is dan een individueel recht.”
Het midden- en kleinbedrijf gaat bij de onderhandelingen uit van een uiterst terughoudende, tot nul naderende contractloonontwikkeling. VUT en prepensioen worden, zoals dat eerder met de vakbonden is overeengekomen, afgeschaft dan wel (gedeeltelijk) omgezet in andersoortige vroegpensioenarrangementen.
De koepelorganisatie adviseert haar leden terughoudend gebruik te maken van de pensioenruimte die in het sociaal akkoord wordt geboden. Om langer doorwerken te bevorderen, zouden de mogelijkheden tot vervroegde uittreding dienen te worden versoberd.
Arbeidsparticipatie kan verder worden gestimuleerd door het terugdringen van zogenaamde ontzieregelingen voor ouderen. MKB-Nederland vindt dergelijke regelingen in veel gevallen achterhaald, onder andere door de sterk verbeterde arbeidsomstandigheden.
Bij de bij de organisatie aangesloten brancheorganisaties moeten komend jaar ongeveer tachtig bedrijfstak-CAO’s en enkele ondernemings-CAO’s worden vernieuwd. Deze CAO’s hebben betrekking op ruim 2,7 miljoen werknemers. Dat is ongeveer 40 procent van alle werknemers in Nederland.
De economische omstandigheden waaronder de onderhandelingen moeten plaatsvinden zijn volgens het MKB de afgelopen jaren nauwelijks veranderd. Alleen exporterende bedrijven profiteren van de groei van de wereldeconomie. De particuliere consumptie, de bedrijfsinvesteringen en de overheidsbestedingen ontwikkelen zich bijzonder zwak. Als gevolg daarvan is er voor ruim 80 procent van het midden- en kleinbedrijf nauwelijks of niet sprake van economische groei.
De situatie op de arbeidsmarkt lijkt geleidelijk aan wat te verbeteren, meent MKB-Nederland. Het aantal openstaande vacatures stijgt en het stijgingstempo van de werkloosheid neemt af. In het midden- en kleinbedrijf verdwenen het afgelopen jaar bijna 100.000 banen. De werkloosheid zal volgend jaar naar verwachting oplopen tot 7 procent van de beroepsbevolking.
