Cultuurraad: Grensoverschrijdend gedrag in cultuur vaak verzwegen
Het oplopend aantal meldingen van grensoverschrijdend gedrag in de cultuur- en mediasector laat alleen het topje van de ijsberg zien. Slachtoffers durven ongewenst gedrag vaak niet te melden en getuigen kijken nogal eens de andere kant op, aldus de Raad voor Cultuur, die van een „zwijgcultuur” spreekt in zijn nieuwe publicatie Over de grens, op weg naar een gedeelde cultuur. Meldpunten en vertrouwenspersonen zijn niet altijd goed te vinden en slachtoffers zijn soms huiverig om er gebruik van te maken.
De raad baseert dit op vele gesprekken met mensen in de sectoren. Niettemin ging het aantal meldingen bij het speciale meldpunt Mores voor grensoverschrijdend gedrag in de cultuur- en mediasector snel omhoog. In juni van dit jaar waren er daar al 160 binnen, tegen 57 in heel 2021.
„Het is nodig dat het goede gesprek hierover op elke werkvloer in de cultuur- en mediasector op gang komt”, stelt het adviesorgaan. De raad adviseert om „eerst en vooral” in te zetten op preventie. Een eerlijker beloning en een betere rechtspositie moeten er ook toe leiden dat werknemers beter gewapend zijn tegen het euvel. Er is veel onzekerheid over het krijgen en houden van werk en ook dat maakt de positie van veel mensen kwetsbaarder.
Om het oplopende aantal meldingen te behandelen is verder structurele ondersteuning vanuit het Rijk een vereiste, zegt de raad verder. Het orgaan ziet ook „een grote behoefte aan terugkerend structureel onderzoek naar en monitoring van de aard en omvang van de problematiek”. Een nieuw op te richten kenniscentrum moet hierin voorzien.
Grensoverschrijdend gedrag is volgens de raad niet alleen seksuele intimidatie, misbruik en seksisme, maar ook pestgedrag, racisme en discriminatie. Het komt weliswaar overal voor, maar in de cultuur- en mediasector zijn er specifieke risicofactoren, schrijft de organisatie. Zo is fysiek contact in menig genre „onlosmakelijk” onderdeel van het werk. Het aanbod van talent is bovendien groot, maar het aantal plekken waar die talenten terecht kunnen is maar beperkt. „Castingdirecteuren, curatoren, docenten en artistiek leiders fungeren daarbij noodzakelijkerwijs als poortwachter, wat zorgt voor ongelijke machtsverhoudingen. Zeker als zij, bewust of onbewust, handelen vanuit vooroordelen en stereotypering ontstaat een onveilig werkklimaat”, aldus de raad.
De geadviseerde gesprekken op de werkvloer moeten over machtsverhoudingen en veiligheid gaan en duidelijk maken wat gewenst en ongewenst gedrag is. „Onderdeel van dat gesprek moet in ieder geval bewustwording van het eigen gedrag zijn en hoe signalen van anderen op te vangen. Maar ook bewustwording van eigen grenzen en hoe deze aan te geven. Op basis hiervan kan tot concrete afspraken gekomen worden over wat wel en wat niet kan in specifieke situaties”, stelt het adviesorgaan.