Effect vermengde gevaarlijke stoffen amper in beeld volgens RIVM
De uitstoot van stoffen die gelden als „zeer zorgwekkend” moet beter worden gereguleerd, vinden onderzoekers van het RIVM. In een rapport signaleren ze dat nu in de vergunningverlening slechts „zeer beperkt” rekening wordt gehouden met de effecten van zulke stoffen als ze met elkaar vermengd raken. Ook de mate waarin gevaarlijke stoffen die door een schoorsteen gaan later in de bodem of het water terechtkomen ontbreekt nu in de beoordelingen.
Sowieso is het belangrijk om de uitstoot van zorgwekkende stoffen zoveel mogelijk te beperken, benadrukt het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Los daarvan zou het volgens het instituut dus beter zijn om ook de effecten van mengsels kritisch te bekijken als een bedrijf verschillende stoffen uitstoot. Het schadelijke effect van een mengsel kan groter zijn dan het effect per stof.
Ook is wat het RIVM betreft nader onderzoek nodig naar de plekken in Nederland waar zeer zorgwekkende stoffen het meest in de lucht, het water en de bodem terechtkomen. „Deze locaties kunnen vervolgens als eerste aangepakt worden om mengseleffecten te voorkomen.”
Zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) zijn stoffen die gevaarlijk zijn voor mens en milieu. Ze zijn bijvoorbeeld kankerverwekkend, belemmeren de voortplanting of hopen zich op in de voedselketen. Voorbeelden van zulke stoffen zijn dioxines, bepaalde soorten PFAS en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) en bepaalde bestrijdingsmiddelen.
Ook stoffen die niet onder de ZZS vallen kunnen gezondheidsrisico’s of milieuschade veroorzaken. Die stoffen moeten „niet buiten beeld raken bij de vergunningverlening”, waarschuwen de onderzoekers.