„Rouvoet houdt het hoofd koel”
ChristenUnie-leider André Rouvoet is de terechte Politicus van het Jaar. Mensen uit zijn directe omgeving, en zelfs politieke tegenstanders, zijn het eens met de keuze van de parlementaire pers. „Als hij aan het woord komt, gaan mensen luisteren.”
Ze hebben het niet aan zien komen bij de ChristenUnie. Zegt althans Rouvoets fractiegenote Tineke Huizinga. „We doen gewoon ons werk, en wel zo goed mogelijk. Vaak loop je daarbij aan tegen teleurstellingen; je bent tenslotte maar een kleine fractie. Dan is het natuurlijk ontzettend leuk als je op deze manier erkenning krijgt. Dat is een opsteker, voor André en voor de hele partij.”
Er zal daarom eerst een klein feestje worden gevierd als dinsdag de fractie weer vergadert. Feest was het zaterdag al in huize Rouvoet. Natuurlijk zijn ze trots, erkent echtgenote Liesbeth. „Al zijn de kinderen nog niet zo groot dat ze precies bevatten wat deze prijs betekent. Ze vinden het leuk, maar zijn ook wel gewend dat hun vader in de belangstelling staat en af en toe op tv is.”
Zelf ervaart ze, net als Huizinga, een stuk erkenning voor het intensieve werk van haar man. „Je ziet op zo’n moment dat wat hij doet zichtbaar is voor anderen. Daar brengen wij als gezin ook een offer voor. Het is geen lichte taak die hij heeft. Daar praten we samen over, of het nog draagbaar is. Tot nu toe is het antwoord volmondig ja.”
Journalist Rob Sebes behoort tot die ”anderen” die Rouvoet verkozen. Volgens het hoofd van de Haagse Telegraaf-redactie heeft Rouvoet zijn verkiezing verdiend met een stijl die het midden houdt tussen de populistische koers van kamerlid Wilders en de „pure degelijkheid” van politici als Schutte (oud-GPV-leider) en Van der Vlies (SGP).
„Soms daagt hij uit, brengt onverwachte thema’s in, maar nooit gaat hij over de grens. Hij heeft een eigen stijl ontwikkeld en tegelijk op een goede manier gebruikgemaakt van het gat dat is ontstaan doordat mensen als Verhagen en Bos nog niet echt weten te overtuigen. Dat is een enorme verdienste voor iemand van een kleine partij.”
Debatdeskundigde Peter van der Geer, directeur van Debat & Dialoog: „Rouvoet koppelt uitstekende verbale kwaliteiten aan goed doordachte standpunten, en dat is redelijk uniek te noemen. Maar al te vaak kom je mensen tegen die welsprekend zijn, maar met dunne argumenten, of mensen die goede standpunten hebben maar ze niet over weten te brengen.”
Van der Geer zat in de jury die Rouvoet vorig najaar al de Thorbeckeprijs voor politieke retorica toekende. „Kennelijk werkt dat besmettelijk”, lacht hij. „Maar gelukkig is er vanuit de politiek steeds meer aandacht voor retorica. Rouvoet is daarvan een mooi voorbeeld. Hij is niet de politicus van de oneliners, maar verwoordt het wel zo dat het blijft hangen.”
„Ja”, beaamt D66-leider Dittrich, „André Rouvoet doet het erg goed. Ik ben het eens met de kwalificaties van de jury. Hij houdt het hoofd altijd koel en bewandelt een heldere lijn. Dat is ook een eigen lijn; hij waait dus niet met alle winden mee.”
Dittrich vergelijkt Rouvoet met zijn GPV-voorganger Schutte. „Volgens mij heeft die ook eens deze prijs gewonnen. Het kan dus, ook al ben je van een kleinere partij. Het gaat om je gezag. Bij Rouvoet signaleer ik dat mensen gaan luisteren als hij het woord voert in de Tweede Kamer. Dat is echt niet bij iedereen zo.”
Schutte zelf corrigeert Dittrich enigszins. Hij werd begin jaren tachtig niet eerste, maar derde, achter de zwaargewichten Lubbers en Den Uyl. „Daar was toen behoorlijk wat ophef over, omdat men het niet verwacht had. Wellicht is mijn naam daardoor blijven hangen. Misschien ook omdat Lubbers en Den Uyl in die jaren steeds de eerste twee plekken bezetten.”
De oud-GPV-leider is blij met het succes van Rouvoet en vindt ook dat die het verdiend heeft. Het spreekt hem aan dat Rouvoet door de jury wordt gekwalificeerd als iemand die het hoofd koel houdt. „Het hoort bij een christen om nuchter te blijven en de geesten te onderscheiden”, meent hij. „Het mag tot dankbaarheid stemmen wanneer dat anderen opvalt.”