Hoogleraar Niels van Nieuw Amerongen: Betrokken accountant gunstig voor controle jaarrekening
Als accountants investeren in de relatie met hun klanten, kan dat de controle van de jaarrekening ten goede komen.
Dat stelde registeraccountant Niels van Nieuw Amerongen (49) donderdag in zijn oratie ter gelegenheid van zijn benoeming tot hoogleraar MKB Accountancy aan Nyenrode Business Universiteit.
Wat betekent deze benoeming voor u?
„Heel veel. Onder andere dit: van huis uit heb ik de wetenschappelijke nieuwsgierigheid meegekregen via mijn vader, emeritus professor op het gebied van speeksel en mondgezondheid. Het is best een lange reis geweest naar deze benoeming. Mijn vader heeft me laten zien dat volharding voor wetenschapsbeoefening heel belangrijk is.”
Wat valt er in uw ogen te verbeteren in de accountancy?
„De laatste jaren is het beroep geregeld negatief in de pers gekomen. De kwaliteit van controles moet verbeteren. In mijn oratie heb ik bepleit dat die kwaliteit een impuls kan krijgen als accountants een meer relatiegerichte benadering hanteren. Hierdoor leren ze de klant beter kennen en krijgen ze meer zich op diens integriteit.
Een accountant moet zich te allen tijde onafhankelijk opstellen ten opzichte van de klant. Maar als de afstand tussen accountant en klant heel groot wordt, kunnen ze tegenover elkaar komen te staan. Een klant kan het de accountant dan heel lastig gaan maken door hem of haar te laat of onjuist te informeren over een belangrijk controlepunt of door heel afgepaste antwoorden te geven.
Het moment dat de accountant met een controleteam langskomt, kan best als hinderlijk worden ervaren door een midden- of kleinbedrijf. Het onderbreekt de normale, dagelijkse gang van zaken.
Bij een relatiegerichte benadering werken accountant en klant meer samen en dat kan voor beide partijen voordelen met zich meebrengen. De controle wordt dan meer dienstverlenend en kan efficiënter verlopen. Als de klant zich eveneens laat adviseren door de accountant, kan de accountant kennis overdragen.
Om een relatie op te bouwen moeten accountants bij hun klanten over de vloer komen en hen leren kennen. Ook is het wenselijk als assistenten het bedrijf ingaan en met medewerkers in gesprek gaan. De assistenten zijn de ogen en oren van de accountant die eindverantwoordelijk is. De gesprekken geven ‘beeld en geluid’ bij de mens achter de onderneming.
Als de financieel directeur het bijvoorbeeld keer op keer over zijn eigen aandelen heeft, dan zou hij geld en goed wel heel erg belangrijk kunnen vinden. Het hoeft niet meteen op hebzucht te wijzen en de een is er meer mee bezig dan een ander, maar we weten dat een mens nooit genoeg heeft.”
Wat wilt u studenten meegeven?
„Dat ze oog moeten proberen te hebben voor de sociale kanten van het werk. Dat lijkt nu steeds meer op het afvinken van lijstjes. Als je bij je klanten langsgaat en je oprecht interesseert voor hen, zie je veel meer dan wanneer je achter je laptop zit en contacten uitsluitend per e-mail of telefoon lopen.”
Wat als de klant zich niet in de ziel wil laten kijken?
„Dat duidt mogelijk op ‘rode vlaggen’: iemand heeft iets te verbergen. De relationele benadering is dan minder geschikt. De accountant zal dan een kritischer houding moeten aannemen.”
Wat als een klant vraagt om een fiscale constructie te bedenken die op het randje van de wet ia?
„Bij klanten die telkens de wettelijke grenzen opzoeken, bestaat het risico dat die een keer de grenzen overgaan. Bij zo’n klant past een kritische accountant in plaats van iemand die wat meegaand is.
Een accountant mag wel adviseren over wat binnen de regelgeving mogelijk is. Het overdragen van een familiebedrijf aan een volgende generatie is meestal financieel ingewikkeld. Dan zoek je naar de meest gunstige constructie, ook om bijvoorbeeld niet de opvolger te veel te bevoordelen boven andere kinderen die niet in het bedrijf werken. Omdat ook emoties meespelen, past bij zo’n proces juist een accountant die goed luistert naar de klant en goed gesprekken kan voeren.”