Belgen trekken stekker uit tramlijn Hasselt-Maastricht
De Vlaamse minister Lydia Peeters (Mobiliteit) heeft maandagmiddag tijdens bestuurlijk overleg laten weten dat de tramlijn tussen Hasselt en Maastricht niet doorgaat. Daarmee komt na bijna achttien jaar een eind aan de plannen voor zo’n tramverbinding tussen beide Limburgse hoofdsteden.
„De Vlaamse ministerraad heeft besloten niet langer door te gaan met de tram Maastricht-Hasselt”, heeft de Maastrichtse burgemeester Annemarie Penn-te Strake maandagmiddag aan de gemeenteraad laten weten.
„We begrijpen dat dit veel vragen oproept en bij voor- en tegenstanders de nodige emoties teweegbrengt”, aldus de burgemeester. „Het is allemaal heet van de naald”, aldus Penn.
De tramverbinding moest onder meer forensenverkeer vanuit het Belgische grensgebied vergemakkelijken en het verkeer in binnensteden ontlasten. De tramlijn zou jaarlijks een kleine zeven miljoen reizigers vervoeren. Volgens eerdere prognoses zouden dagelijks gemiddeld zo’n 18.000 mensen van de tram gebruik maken.
De tramlijn vanuit Maastricht tot de Belgische grens zou zo’n 6 kilometer lang worden. De tramlijn zou worden gekoppeld aan 27 kilometer Vlaams spoor. De tram moest bijdragen aan de groei op het gebied van economie, cultuur, kennisuitwisseling, toerisme en recreatie, aldus beide overheden in een eerdere verklaring uit 2011.
De tram bleek echter voor zowel Maastricht als de Vlaamse regering een hoofdpijndossier. Aanvankelijk zou de tientallen miljoenen kostende lijn in 2010 geopend worden, toen werd het 2017, en vervolgens stond 2024 op de planning. Het is er allemaal niet van gekomen.
Maastricht en de provincie Limburg dreigden eerder met schadeclaims als de Vlaamse regering de plannen voor de tram naar de prullenmand zou verwijzen. Een woordvoerder van Maastricht liet maandag weten dat de gemeente dinsdag zal reageren op het nieuws.