Begin oktober dwongen alle fracties Peijs tegen haar zin opnieuw met de NS te gaan onderhandelen over de zogenoemde concessie, die 1 januari 2005 ingaat. Ondanks de aanpassingen is de onvrede over de eisen die zijn gesteld aan het spoorbedrijf, nog steeds groot. Regeringspartij VVD was niet enthousiast. Woordvoerder Hofstra noemde ook de antwoorden van de minister niet bevredigend.

Minister Peijs steggelde vooral met PvdA–verkeersspecialist Dijksma over de punctualiteit, het op tijd rijden. Ook in de nieuwe concessie kan de NS daar niet eerder dan in 2008 op worden afgerekend. Peijs beriep zich op harde afspraken in het regeerakkoord voor een punctualiteit van 87 tot 89 procent in 2007 waarop zij kan worden afgerekend.

Dijksma noemde het ’bizar’ dat de Kamer wel de minister kan afrekenen, maar niet de NS die die prestatie moet leveren. Over de veiligheid in de treinen waren verder veel fracties ontevreden. De minister wil de Spoorwegen op termijn geen harde eisen stellen over de kans dat de reizigers een conducteur tegenkomen. Uiteindelijk ging ze donderdag wel door de knieën.

In antwoord op kritische vragen van CDA en SP liet Peijs nog weten dat zij bij de raad van commissarissen van de NS erop heeft aangedrongen dat de variabele beloning van de NS–leiding wordt vergroot. Momenteel is dat 43 procent, stelde ze. Tal van fracties vinden dat de NS–directie moet kunnen worden gekort op salaris als het bedrijf slecht presteert op gebied van bij voorbeeld punctualiteit en reizigersgroei.