Binnenland

Verdachte Pettense campingmoord: ‘Bekentenis na psychoterreur’

Bijna dertig jaar na de Pettense campingmoord is woensdag voor het gerechtshof in Den Haag de nieuwe rechtszaak gestart tegen de 59-jarige Frank V. uit Duitsland. V. werd in 1995 in hoger beroep veroordeeld tot vijf jaar celstraf voor het doodsteken van zijn stiefschoonvader Peter Teschke (41). De Hoge Raad oordeelde vorig jaar dat het proces over moet vanwege mogelijke valse bekentenissen. „Ik heb Peter echt niet doodgestoken”, zei V.

ANP
11 May 2022 12:00

Het slachtoffer werd op 2 juli 1994 om 05.30 uur gevonden op de camping in Petten. De politie verdacht aanvankelijk een oom uit het Duitse gezelschap. Nadat V. repte over een droom waarin hij de stiefvader van zijn vrouw doodstak, viel de verdenking op hem. Hij was ’s nachts om 02.45 uur nog samen met het slachtoffer in campingstoeltjes voor de tent gezien. De toeristen hadden allemaal flink gedronken.

Na talloze verhoren bekende V. dat hij Teschke had doodgestoken. Later kwam hij daar op terug. Nadat de rechtbank hem aanvankelijk vrijsprak, veroordeelde het gerechtshof in Amsterdam hem op basis van zijn bekentenissen. Het was het enige bewijs, want het moordwapen is nooit gevonden. V. zat drie jaar celstraf uit.

Na een herzieningsverzoek besloot de Adviescommissie afgesloten strafzaken in 2019 dat er nader onderzoek moest komen. Rechtspsycholoog Melanie Sauerland oordeelde in 2020 dat er „sterke aanwijzingen waren dat de bekentenissen vals zijn”. De Hoge Raad beschouwde haar rapport als een zogeheten novum, omdat V. met haar bevindingen zou zijn vrijgesproken.

Het gerechtshof vroeg V. woensdag waarom hij „heel ver was gegaan en soms zo stellig had verklaard”. V: „De politie gaf me stukjes informatie. Eigenlijk hebben we samen geprobeerd te reconstrueren wat er die avond kon zijn gebeurd. Het liep beetje bij beetje op. Het was psychoterreur. Op een gegeven moment zei ik: Dan is het maar zo, dan heb ik het maar gedaan. Ik wilde met rust gelaten worden.”

Volgens drie getuigen bekende de oom later dat hij de dader was, maar die verklaringen hadden volgens de Hoge Raad „onvoldoende gewicht”. De oom is inmiddels overleden. „Ik heb geen mogelijkheid gehad om het er met hem over te hebben”, zei V. „Hij werd gelijk boos als ik hem er over aansprak”.

Het Openbaar Ministerie maakt woensdagmiddag de nieuwe strafeis bekend.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer