Stadspredikant Delft wil brug slaan tussen kerk en samenleving
René Strengholt wordt zondag bevestigd als eerste stadspredikant in Delft. „Mijn diepste verlangen is dat we als kerk meer beschikbaar zijn voor hoe God ons wil gebruiken in de stad.”
De 54-jarige Strengholt –getrouwd en vader van drie dochters– is geen onbekende in Delft. In 2006 werd hij missionair werker namens de hervormde gemeente in de stad. Sinds 2014 is hij in dienst van de protestantse gemeente Delft. In de Nieuwe Kerk bevestigt de plaatselijke predikant ds. Fred van Helden hem zondag als stadspredikant, verbonden aan het project CityKerk.
Hoe kwam u in 2006 in Delft terecht?
„Ik was bijna afgestudeerd aan de Theologische Universiteit Apeldoorn en wilde graag iets doen op de grens van kerk en wereld. In Amsterdam had ik daarmee mijn eerste ervaring opgedaan. Ik was ouderling in de kleine christelijke gereformeerde kerk in Amsterdam-Centrum. Mijn vrouw en ik waren ook betrokken bij een opvangcentrum van de organisatie Tot Heil des Volks in de stad. Vragen over de plek van de kerk in de stad hielden me bezig. Ik studeerde af op de missionaire kerkvisie van Lesslie Newbigin, een Engelse zendingstheoloog uit de twintigste eeuw. In Delft kon ik na de afronding van mijn studie een evangelist opvolgen die vooral activiteiten had ontplooid voor de Gereformeerde Bondswijk. Ik kreeg een aanstelling voor alle hervormde wijkgemeenten.”
Welke missionaire en diaconale ontwikkelingen hebben zich sindsdien in de stad voltrokken?
„Er waren veel activiteiten, zoals kinderwerk, bezoekwerk onder randkerkelijken, open maaltijden en Alphacursussen. Ik merkte dat alles behoorlijk versnipperd was. Gaandeweg ben ik op zoek gegaan naar mogelijkheden om als kerk middenin de stad meer zichtbaar te zijn. Ik heb mede aan de wieg gestaan van de Jessehof. Dit is een interkerkelijk inloopcentrum in de binnenstad, dat volgende week tien jaar bestaat. Het is een belangrijke plek geworden om mensen te ontmoeten en te delen wat je gelooft.”
Met welke vragen en noden komt u vooral in aanraking?
„In het inloopcentrum gaat het vaak om diaconale problematiek. Denk aan eenzaamheid, schulden en soms verslaving. Maar ik kom ook mensen tegen die op zoek zijn naar de zin van het leven. Ik bied hun allereerst een luisterend oor en probeer dan te laten zien hoe God betrokken is op hun leven. God gaat met iedereen een weg. Dat probeer ik vanuit de Bijbel te duiden. Sommigen stellen zich ervoor open, anderen sluiten zich ervoor af. Vooral in één-op-één-gesprekken vind ik het belangrijk ook met mensen te bidden als ze daarvoor openstaan.”
Vanaf zondag bent u stadspredikant. Wat houdt dat in?
„Als stadspredikant sta ik met één been in de stad en met één been in de kerk. Het is mijn taak om de verbinding tussen beiden te versterken en de kerk te helpen midden in de stad te staan. De laatste tijd hebben we diverse activiteiten vanuit met name de Oude en Nieuwe Kerk samengebracht in het concept CityKerk. Doel daarvan is datgene wat we doen beter zichtbaar te maken. Zo zijn we enkele jaren geleden –maar het werd onderbroken door corona– begonnen met stadsgesprekken. We nodigen sprekers uit voor lezingen over thema’s die ertoe doen in de samenleving, zoals volgende week ”Jouw vrijheid, mijn vrijheid”. Daarbij proberen we ook het christelijke perspectief aan bod te laten komen. Op die manier willen we een brug slaan naar nieuwe doelgroepen. Eén keer per maand houden we in de Nieuwe Kerk een zogeheten zoekdienst. Daar komen bijvoorbeeld mensen die een Alphacursus hebben gevolgd, maar voor wie de stap naar een reguliere wijkgemeente een brug te ver is.
We hopen dat de functie van stadspredikant eveneens bijdraagt aan de zichtbaarheid van de kerk. Ik ga me meer bezighouden met netwerken in de stad, bruggen slaan naar de samenleving. Ook is het de bedoeling dat ik meer tijd krijg voor pastorale taken.”
Met welk verlangen begint u aan uw nieuwe opdracht?
„Mijn diepste verlangen is dat we als kerk meer beschikbaar zijn voor hoe God ons wil gebruiken in de stad, dat we Delftenaren kunnen helpen ontdekken dat God er is, dat Hij betrokken wil zijn op hun leven, en wie Jezus daarin is. Als je meer zichtbaar bent, baan je weggetjes waardoor mensen makkelijker naar je toe kunnen komen.”
Welk Bijbelgedeelte spreekt u in het bijzonder aan als het om uw nieuwe functie gaat?
„Dat zijn er meerdere, bijvoorbeeld Mattheüs 9. Daar lezen we dat Jezus tot in het diepst van Zijn hart bewogen is met mensen. In hetzelfde gedeelte staat dat de oogst groot is, maar dat er weinig arbeiders zijn. Dat vraagt allereerst om gebed om meer arbeiders, maar het geeft mij ook veel verwachting. We kunnen om ons heen kijken vanuit het idee dat het alleen maar achteruitgaat met de kerk, maar er kan ook van alles gaan groeien. Misschien gaat het in onze tijd om enkelingen, maar het beeld van de oogst maakt duidelijk dat er ook zo veel kan groeien dat we arbeiders tekort komen, want er zijn nog zo veel mensen die de Herder nodig hebben.”