Geef Groningers zelf controle over gaswinning
Door Poetin dreigt de Groningse gaswinning weer opgevoerd te worden. Dus moeten we nadenken over een institutionele structuur die de Groningers controle geeft en de baten van de gaswinning laat neerdalen bij wie de nadelen ervan ondervinden.
Een bedrijf heeft niet alleen vergunningen nodig om te produceren, maar in bredere zin ook de instemming van de omgeving. Dat kan verworven worden door bij te dragen aan werkgelegenheid, innovatie en een schoon milieu. De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), opgericht om de oliebronnen van Nederland te exploiteren, heeft deze instemming dramatisch verspeeld. Ten eerste door langdurig te ontkennen dat er een verband bestaat tussen de gaswinning en aardbevingen. Ten tweede door, toen dit verband eenmaal onomstotelijk vastgesteld was, niet ruimhartig mee te werken aan de compensatie van de geleden schade.
Dat er geen sprake is van verbetering bewees topman Johan Atema door in 2021 nog te beweren dat de versterking van vijftig huizen afdoende zou zijn, daarmee aantonend hoe ver de NAM van de (politieke) realiteit afstaat. Het voortdurende verzet van de NAM tegen compensatie is een klassiek voorbeeld van beleid dat ”penny wise, pound foulish” (verkeerde zuinigheid) is, want daardoor kon de politiek uiteindelijk niet anders doen dan beloven op termijn de gaswinning af te bouwen.
Natuurlijk is de NAM niet de enige schuldige. De staat heeft ook grote fouten gemaakt en de problematiek langdurig onderschat. Maar de staat kunnen we niet vervangen (hoogstens de poppetjes die het werk doen), de NAM wel.
Tot stilstand
De huidige situatie is dat de aardgaswinning de komen de jaren tot stilstand zal komen. Tot voor kort kon men hier misschien vrede mee hebben, omdat het paste in de transitie richting duurzaamheid. Maar de Oekraïneoorlog veranderde dit ingrijpend. De aardgasreserves kregen in het conflict met Poetin een strategische functie, die het nodig maakt om een oplossing te vinden voor de blokkade die ontstaan is. Ruim 20 procent van de oorspronkelijke gasvoorraad is in de grond blijven zitten.
De NAM volledig vervangen door de staat, zoals bij de uitvoeringsorganisatie van het herstelwerk gedaan is, lost het probleem niet afdoende op. De kern van de blokkade is dat het onder de Groningse burgers aan vertrouwen in NAM én overheid ontbreekt. Men heeft geen controle over de gang van zaken en wordt vernederd bij het indienen van aanvragen ter compensatie van de geleden schade. Maar er wordt een hoge prijs betaald voor deze patstelling, zeker nu Poetin de aardgasleveranties naar West-Europa dreigt in te zetten als ultiem pressiemiddel.
Er is dus sprake van een massief institutioneel falen – de potentiële baten van het bereiken van een meer coöperatieve ‘oplossing’ van dit probleem zijn daarbij gigantisch. Er moeten daarom instituties ontworpen worden die de vertrouwensbreuk helpen repareren, want als dat lukt, dan wenkt een win-winsituatie: gezien de huidige gasprijzen kan er heel veel geld –tientallen miljarden euro’s– verdiend worden met het weer inschakelen van de aardgaswinning.
Kernprobleem is dat de baten van de aardgaswinning nu niet terechtkomen bij degenen die de kosten ervan in de vorm van aardbevingsrisico en schade dragen. Bovendien hebben de inwoners van het aardbevingsgebied ervaren dat de overheid en de NAM onvoldoende betrouwbaar zijn geweest. Wat nu dreigt is dat, onder druk van het beleid van Poetin, de gaswinning toch weer sterk opgevoerd gaat worden. Internationaal is het immers niet vol te houden dat Nederland dit niet zou doen als Rusland de aanvoer van aardgas naar West-Europa zou afsnijden.
We moeten nadenken over een institutionele structuur die de Groningers controle geeft en de baten van de gaswinning laat neerdalen bij hen die de nadelen ervan ondervinden. Een denkbare oplossing is de vorming van een coöperatie van de Groningse huishoudens in het getroffen gebied, waarbij de controle over en de inkomsten van de gaswinning ondergebracht worden. Deze coöperatie vervangt de NAM als centrale speler. Daarmee kan de blokkade doorbroken worden, want de Groningers krijgen direct belang bij en controle over de gaswinning, en dat levert de middelen om de schade (van huidige en toekomstige bevingen) te compenseren.
Momenteel gaat het jaarlijks om 1 tot 2 miljard aan ”aardgasbaten” van de staat. Dat levert, verdeeld over ruim 25.000 getroffen huishoudens, al de respectabele som van minimaal 40.000 euro per jaar per huishouden op. De sterk gestegen energieprijzen zullen dit nog verder laten oplopen. De staat zal daarvan natuurlijk een deel opeisen, maar dan blijft er voldoende over om van Noordoost-Groningen een welvarend gebied te maken. Het spreekt voor zich dat de staat ook een aandeel in de coöperatie moet hebben, maar hoeveel en met welke rechten en plichten lijkt een mooi thema voor nader polderen.
Het gevaar van een dergelijk voorstel is dat het de procedures rond compensatie en evaluatie van beleid, die nu eindelijk een beetje op gang gekomen zijn, doorkruist en het dossier nog ingewikkelder maakt. Maar een dergelijke coöperatie lijkt wel de meest ”duurzame” oplossing die de genoemde vertrouwensbreuk zou kunnen herstellen, en tegelijkertijd het Groningse aardgas zou kunnen mobiliseren voor het conflict met Poetins Rusland.
De auteur is als economisch historicus verbonden aan de Universiteit Utrecht. Bron: mejudice.nl