De rechter in Utrecht zei dinsdag dat er niet bewezen kon worden dat zij het pistoolschot in april vorig jaar op de kamer van haar zoon gehoord moet hebben. Ze was in de slaapkamer naast die van haar zoon, maar kan zijn afgeleid omdat ze op dat moment met haar zus aan het beeldbellen was. Ook in de daarna afgeluisterde telefoongesprekken waren geen aanwijzingen te horen dat de vrouw wist dat het 15-jarige slachtoffer een kogel in zijn lijf had.

Youssef en zijn neefje speelden op die bewuste 28e april mee op de slaapkamer van Youssef met het pistool van zijn oudere broer. Youssef hield het wapen tegen de bil van zijn neef toen het pistool afging. De moeder hoorde wel de schreeuw van haar neefje en belde de hulpdiensten, omdat de jongen ‘onwel’ leek te zijn geworden. Er werd niets gezegd over de kogelwond tegen de medische hulpdiensten.

Omdat de kogel via een bilplooi in het lichaam van het slachtoffer was gedrongen, werd de wond door de medici niet opgemerkt. Wel kreeg het slachtoffer bloedverdunners toegediend, iets dat de hulpverleners nooit gedaan zouden hebben als ze wisten dat de jongen een kogel in zijn lijf had. Die wetenschap had de jongen mogelijk kunnen redden.

Het wapen werd meteen na het incident verstopt en is niet meer teruggevonden.

Tegen de minderjarige Youssef was 15 maanden celstraf geëist, maar de rechtbank meent dat de jongen al zwaar gestraft is doordat zijn neefje én vriend is overleden. Naast de taakstraf moet hij de ouders een schadevergoeding van ruim 40.000 euro betalen.

Zijn 22-jarige broer, eigenaar van het wapen, kreeg een celstraf van een jaar opgelegd, waarvan 4 maanden voorwaardelijk. Het wordt hem zwaar aangerekend dat hij een wapen in huis had liggen. Daarnaast is hij bestraft voor diefstal van de telefoon van zijn neef en heroïnehandel.