Kaag: MeToo-zaak had eerder consequenties moeten hebben
D66-leider Sigrid Kaag heeft spijt betuigd in de zaak van grensoverschrijdend gedrag in haar partij door prominent oud-partijlid Frans van Drimmelen. Aan deze zaak hadden eerder consequenties moeten worden verbonden, zei ze op een persconferentie over de kwestie.
Kaag benadrukte dat haar rol als politiek leider beperkt was. De afhandeling was een zaak van het partijbestuur. Wel neemt zij het zichzelf kwalijk dat zij wellicht niet goed genoeg heeft doorgevraagd toen zij er door het slachtoffer op werd gewezen dat er meer aan de hand was dan in een openbaar onderzoeksrapport over de kwestie stond.
Details over het gedrag van Van Drimmelen stonden in een vertrouwelijke bijlage waar Kaag naar eigen zeggen „tot op de dag van vandaag” geen inzage in heeft gehad. „Ook dat neem ik mezelf kwalijk. Ik had moeten zeggen: ik wil het toch lezen, ik vertrouw het niet.”
De suggestie dat zij de zaak liet rusten uit loyaliteit naar Van Drimmelen, die haar eerder als potentieel bewindspersoon voor de partij had geïntroduceerd, wees Kaag resoluut van de hand. De vicepremier en minister van Financiën heeft ook niet overwogen om deze affaire af te treden als partijleider. „Het is een bijzondere casus. En de breedte van mijn leiderschap gaat over veel thema’s.”
Kaag zei verder dat ze liever eerder naar buiten was getreden. „Het wachten was verre van ideaal.” Ze wilde echter het onderzoek van het bestuur afwachten, want ze achtte „grondigheid, zorgvuldigheid en degelijkheid” van het grootste belang in deze zaak. Van Drimmelen zegde deze week onder druk van het bestuur zijn lidmaatschap op.