De Jonge kan door, maar band met oppositie is voorlopig ijzig
Woonminister De Jonge overleefde donderdagavond een motie van wantrouwen over zijn optreden als coronaminister rond de mondkapjesaffaire, met 52 stemmen voor en 72 tegen. De coalitiepartijen willen zijn optreden herbeoordelen als een forensisch accountantsonderzoek naar de kwestie is afgerond.
Twee vragen hingen donderdag als een donkere wolk boven het debat. Eén: wanneer wist het ministerie dat het met de kwaliteit van Van Liendens spullen niet best was gesteld, én dat hij niet op non-profitbasis werkte, maar mede-aandeelhouder was van een commerciële bv? En twee: hoe ver reikte de bemoeienis van De Jonge met het sluiten van de overeenkomst nu echt?
Als de top van het departement al vóór het sluiten van de overeenkomst de ware toedracht kende, krijgt de deal trekken van een schandaal. Er zou dan 100 miljoen euro aan belastinggeld zijn weggegooid, puur voor strategische redenen. Zoals bijvoorbeeld het gunstig stemmen van Van Lienden, in de hoop dat die zou stoppen met het publiekelijk weghonen van het ministerie. Dateert die kennis pas van daarna, dan kan staande worden gehouden dat het ministerie met de overeenkomst een dubbelslag hoopte te slaan. Allereerst de zorgsector voorzien van de broodnodige, schaarse beschermingsmiddelen en pas daarna het paaien van de leverancier. Dat tweede is in elk geval stukken beter te verkopen.
Als De Jonge hoe dan ook wilde dat er een overeenkomst met Van Lienden tot stand zou komen, valt zijn handelwijze te schetsen als onbesuisd. Hij zou dan ergens opdracht toe hebben gegeven zonder de details te kennen en zonder de gevolgen daarvan te kunnen overzien. Maar als hij alleen uitgezocht wilde hebben wat Van Liendens aanbieding nu echt om het lijf had en of zijn kritiek op het ministerie terecht was, is zijn bemoeienis beter te verdedigen.
Alleen, welke van de twee was het nu? Ervaren parlementariërs zoals SGP-leider Kees van der Staaij somberden vooraf of de Kamer er wel wijs aan deed om De Jonge al aan de tand te voelen nog vóor accontantsbureau Deloitte haar onderzoek naar de deal had afgerond. Dat onderzoek kan op beide prangende vragen immers een definitief antwoord geven. Maar helaas, de Kamer moest het doen met het WhatsApp-verkeer tussen De Jonge, zijn politiek assistent, zijn collega-bewindslieden en zijn ambtenaren met en over van Lienden, zoals het ministerie dat woensdag had vrijgegeven. Zo gebeurde wat Van der Staaij vooraf vreesde: elke partij graaide naar hartenlust in de documentatie en stelde haar eigen reconstructie van het gebeuren op.
PVV’er Fleur Agema, die zich tijdens het debat opwierp als de privédetective des vaderlands, kwam tot de slotsom dat De Jonge een staaltje CDA-nepotisme had laten zien. Maling hebbend aan alles wat recht en zuiver is, had hij maar één doel: zijn partijgenoot Van Lienden bevoordelen, aldus Agema. De Jonges partijgenoot, CDA-Kamerlid Joba van den Berg, zat op een tegengestelde lijn. Van Lienden had zich naar eigen zeggen al verzekerd van de steun van uitzendbureau Randstad en webshop Coolblue en dreigde een tweede luchtbrug , c.q. importkanaal te beginnen tussen Nederland en China. Met mogelijk desastreuze gevolgen, zo reconstrueerde zij. Dát was voor de Nederlandse zorg pas echt funest geweest, redeneerde Van den Berg en zo bekeken was het volgens haar niet meer dan logisch dat De Jonge erop aandrong dat het ministerie toch vooral zou proberen de samenwerking met Van Lienden te zoeken.
Noch het gelijk van Van den Berg, noch dat van Agema kan momenteel worden aangetoond; daarvoor is het wachten echt op het Deloitterapport. Een onthulling van de Volkskrant in de donderdagkrant maakte de positie van De Jonge er overigens niet gemakkelijker op. Vrijwel tegelijk met het in kannen en kruiken brengen van de Sywertdeal zou een andere overeenkomst met de Haarlemse onderneming NIHW, die al bijna rond was, zijn afgeblazen, terwijl het oordeel van de ministeriële inkooporganisatie over hun mondkapjes lovend was. VVD, D66 en ChristenUnie zullen reikhalzend uitzien naar wat Deloitte daarover te melden heeft. Donderdag straalden de drie vooral groot ongemak met de hele situatie uit. Ze beperkten hun bijdrage tot een minimum.
De Jonge ging in het debat opnieuw door het stof. Net als woensdag erkende hij dat hij met zijn eerdere stellingname geen bemoeienis te hebben gehad met de deal de Kamer op het verkeerde been had gezet. Maar de oppositie had een harder oordeel: na het “Omtzigt: functie elders-debat” van 1 april vorig jaar was dit de zoveelste keer dat het kabinet bewust had geprobeerd cruciale informatie bij de Kamer weg te houden, dus nu moest het afgelopen zijn: De Jonge moest weg.
De Jonge vindt zelf dat hij kan blijven, zei hij in het debat. Dat het niet onmogelijk is om na een door een brede minderheid gesteunde motie van wantrouwen gezag te herwinnen en de eindstreep te halen, bewees toenmalig VVD-staatssecretaris Teeven in april 2013. De Kamer rekende hem destijds de dramatische suicide van de Russische asielzoeker Aleksandr Dolmatov zwaar aan, maar Teeven vocht zich terug. Of De Jonge daar ook kans toe ziet, is vooralsnog de vraag. De inhoud van het nog te verschijnen Deloitterapport is daar in hoge mate bepalend voor.