Opinie

Vragen bij samenkomsten gebedsgenezing

Wanneer we letten op de plaats van de wonderen in relatie tot de evangelieverkondiging en we vergelijken dit met hedendaagse meetings voor gebedsgenezing, dan hebben deze laatste een ander karakter, stelt dr. A. A. Teeuw

14 December 2004 12:00Gewijzigd op 14 November 2020 02:00
„Ik kijk naar de praktijk van hedendaagse gebedsgenezers. Ik wil niet cynisch doen, maar de resultaten vallen hard tegen. Voor sommigen is de pijn wel minder, maar helaas blijft de rolstoel nog nodig. Is dat volkomen genezing?” Foto: gebedsgeneesdienst me
„Ik kijk naar de praktijk van hedendaagse gebedsgenezers. Ik wil niet cynisch doen, maar de resultaten vallen hard tegen. Voor sommigen is de pijn wel minder, maar helaas blijft de rolstoel nog nodig. Is dat volkomen genezing?” Foto: gebedsgeneesdienst me

in reactie op de berichtgeving over de gebedsgenezingssamenkomsten in Stolwijk. Hij stelt een aantal kritische vragen. De laatste tijd is er verwarring ontstaan rond het werk van de Nigeriaanse evangelist en gebedsgenezer Victor Emenike in Stolwijk. Enkele jaren geleden deed hetzelfde zich voor toen voorganger Jan Zijlstra regelmatig de publiciteit haalde. Ook de beoordeling van de Nigeriaanse ’profeet’ T. B. Joshua heeft tot felle discussie geleid.

In dit artikel wil ik nadenken over het fenomeen gebedsgenezing. Om verwarring te voorkomen: ik bedoel met gebedsgenezing de samenkomsten die speciaal voor dit doel worden georganiseerd. Het gaat dus niet om de vraag of God iemand op het gebed kan genezen. Want dat kan Hij. Maar het gaat in dit artikel om bijeenkomsten waarin gebedsgenezing een centrale plaats heeft. Hoe moeten we daar tegen aankijken?

Ik pretendeer niet het laatste antwoord te hebben. Ik pleit ook voor voorzichtigheid. Want als de discipelen iemand ontmoeten die duivelen uitwerpt, verbieden ze het hem. Ze vertellen dit aan de Heere Jezus, maar in plaats van met hen in te stemmen, zegt de Heere: „Verbiedt hem niet (…) want wie tegen ons niet is, die is voor ons” (Mark. 9:38-39). Die voorzichtigheid probeer ik in mijn beoordeling mee te nemen.

Dat laat onverlet dat er vanuit de Bijbel wel enkele lijnen te trekken zijn over gebedsgenezing. Ik doe dit aan de hand van drie vragen. De lezer kan deze vragen zelf gebruiken ter beoordeling van de samenkomsten in Stolwijk.

Ondersteunend
De eerste vraag betreft de plaats van de wonderen. Welke betekenis hebben de wonderen voor de verbreiding van het Evangelie?

Het antwoord op deze vraag horen we bij de genezing van de geraakte (Markus 2). Vier vrienden hebben deze man door het dak laten zakken voor de voeten van de Heere Jezus. Wanneer de Heere hem zijn zonden vergeeft, ontstaat er verontwaardiging bij de farizeeërs. „Wie is Deze…?” Jezus ziet deze verontwaardiging en vraagt wat er eenvoudiger is: zonden vergeven of iemand genezen. „Doch opdat gij moogt weten dat de Zoon des mensen macht heeft om de zonden te vergeven, zei Hij tot de geraakte, Ik zeg u: sta op en neem uw beddeken op en gaat heen naar uw huis.”

De wonderen zijn dus ondersteunend aan het Evangelie. Zoals melaatsen worden gereinigd, zo worden onreinen van hart door het Evangelie gered. Zoals blinden weer mogen zien, zo krijgen geestelijk blinden door het Evangelie zicht op Christus. Vandaar dat Jesaja met deze wonderen de komst van Christus voorspelde.

Het gaat dus niet om het wonder als zodanig. Want toen Jezus werd gevraagd een wonder te doen, weigerde Hij. Het gaat niet om het wonder, maar om het Evangelie.

Wanneer we letten op de plaats van de wonderen in relatie tot de evangelieverkondiging en we vergelijken dit met hedendaagse meetings voor gebedsgenezing, dan hebben deze laatste een ander karakter. De genezingswonderen staan centraal, alhoewel er ook wordt gepreekt. Ik ga voorbij aan de inhoud van dergelijke predikers, want die kan ik onvoldoende beoordelen. Maar veel mensen komen voor de wonderen! Ze willen gezond worden. Dat staat centraal.

Volkomen
De tweede vraag betreft de aard van de wonderen. Bijbelse wonderen zijn volkomen en radicaal. We lezen nergens dat de Heere Jezus iemand half genas. Telkens zijn de mensen totaal en volledig genezen. Ik denk in dit verband aan de genezing van Naäman. We lezen dat, wanneer hij zich zeven keer heeft ondergedompeld in de Jordaan, zijn huid terugkwam „als van een kleine jongen.” Zo volkomen was dit wonder.

Waarom zijn alle wonderen in de Bijbel zo volkomen en radicaal? Omdat de Heere een volkomen Zaligmaker is! De wonderen bevestigen immers het Evangelie. Door de totale genezing laat de Heere zien dat er totale vergeving is te verkrijgen. Want daar gaat het om.

Weer kijk ik naar de praktijk van hedendaagse gebedsgenezers. Ik wil niet cynisch doen, maar de resultaten vallen hard tegen. Voor sommigen is de pijn wel minder, maar helaas blijft de rolstoel nog nodig. Is dat volkomen genezing?

Het is tekenend dat prof. Ouweneel, die zeer positief staat tegenover gebedsgenezing, maakt onderscheid tussen gewone ziekten en ziekten die horen bij de ouderdom. Deze laatste ziekten zijn niet geschikt voor gebedsgenezing. Dat is wel een zeer bedenkelijk onderscheid, alsof God niet bij machte is ook op dit punt wonderen te doen.

In het boek ”Niet te geloven” vertelt een huisarts hoe hij een röntgenfoto liet maken bij een ’genezen’ vrouw. De kwaal zat er nog steeds. Dat geeft op zijn minst te denken.

Noodzaak
Mijn derde vraag betreft de noodzaak van de wonderen. De wonderen zijn immers ondersteunend aan het Evangelie. De vraag is nu of deze functie nog nodig is in ons land, waar het Evangelie zijn sporen heeft nagelaten. We moeten ons realiseren dat vanaf de grote pinksterdag het Evangelie bekend is geworden in de wereld. Voorheen wist alleen het volk van Israël van de beloften van God. Daarbuiten leefde men in het duister. Satan regeerde aan de hoven van de keizers en de koningen. Door sterrenkijker en tovenaars adviseerde hij vorsten en regeerders. Wodan en Donar waren de goden van onze voorouders. Puur heidendom.

Vanaf de pinksterdag komt hierin verandering. Christus heeft de kop van de slang vermorzeld en daarom moet het Evangelie de duistere wereld in. De apostelen gehoorzamen. Strijdend aan de frontlinies verkondigen zij het Evangelie, waarbij tekenen en wonderen volgen.

Die strijd is niet zonder zegen geweest. In ons werelddeel heeft keizer Constantijn de Grote openlijk partijgekozen voor het christendom. Dat heeft grote consequenties gehad. Denk aan de zondag, de christelijke feesten, de gekerstende rechtspraak en de ordening in de samenleving. Kijk maar eens hoe het vandaag is. Overal staan christelijke kerken, christelijke scholen en andere christelijke instellingen. We mogen in vrijheid de naam van Christus belijden, een christelijk krant en dergelijke hebben. Ondanks alle zorgen om de ontkerkelijking in ons land, zijn de sporen van het Evangelie nog overal zichtbaar en merkbaar.

Dit betekent dat de wonderen zoals ze voorkwamen en voorkomen aan de frontlinies van het Evangelie, in onze gekerstende samenleving niet meer nodig zijn. Want het Woord heeft hier voet aan de grond gekregen en zijn sporen getrokken in alle geledingen van onze samenleving.

Geen nieuwe frontlinie
Soms wordt in dit verband de vraag gesteld of we geleidelijk aan in een nieuwe frontlinie van het Evangelie terechtkomen. Want steeds meer mensen verlaten de christelijke gemeenten. Christelijke waarden en normen verliezen terrein. Het materialisme en individualisme verslaan hun duizenden. Ook de belangstelling voor occultisme en zwarte magie neemt steeds meer toe. De greep van satan op ons land en op ons werelddeel lijkt steeds sterker te worden. Het huwelijk, de zondag en het ongeboren leven staan zwaar onder druk. Komt er een nieuwe frontlinie?

Ondanks mijn grote zorgen over onze tijd meen ik dat er geen nieuwe frontlinie komt. De frontlinie is daar waar het Licht strijdt tegen de duisternis, dus daar waar het heidendom verslagen wordt door de boodschap van het Evangelie, en niet andersom. Zodra het Evangelie gaat verflauwen en de duisternis komt weer op, gaat de kandelaar van het Woord wijken. Dat is aangrijpend. Denk aan de eerste christelijke gemeenten in Klein-Azië. Er is nagenoeg niets meer van over. Dan wordt het einde erger dan het begin.

De fontlinies van het Evangelie liggen op de grens tussen heidendom en christendom, en niet op de grens tussen het postchristendom en het christendom. De geestelijke wapenrusting heeft namelijk geen rugdekking (Efeze 6). Daarom is het zo verschrikkelijk als mensen die van de Weg hebben geweten, toch een andere weg gaan bewandelen. Denk ook aan de gelijkenis van de onreine geest (Matthéüs 12:43-45). Het huis waarin hij woonde, wordt met bezemen gekeerd. Het Evangelie legt beslag op zijn leven. Maar wanneer de boze geest terugkomt, blijkt het huis nog steeds leeg te staan. De boze geest neemt zeven boze geesten met zich mee en het einde van die mens is erger dan zijn begin.

Deze ontwikkeling lijkt zich af te tekenen in ons land en in ons werelddeel. Dat is verschrikkelijk, maar daar vormt zich geen nieuwe frontlinie!

Gebed
Wanneer een lezer nog in dubio zit of hij de samenkomsten in Stolwijk zal bezoeken, heb ik maar één advies: Blijf in uw eigen gemeente. Wees volhardend in het gebed en bezoek trouw de samenkomsten van uw eigen gemeente. De Heere wil werken op het gebed van de gemeente. In Jakobus 5 lezen we dat het gebed van de rechtvaardige veel vermag. Jakobus noemt het voorbeeld van Elia. Hij bad een gebed en er kwam gedurende drieënhalf jaar geen regen. De kracht van dit gebed lag en ligt niet in de rechtvaardigheid van de bidder zelf, maar in de trouw en kracht van de Heere God. Laten we daarom van Hem alles verwachten, ook wanneer we ziek zijn. Want wie Hem aanroept in de nood, vindt Zijn gunst oneindig groot. Daarvoor hoeven we niet naar Stolwijk.

De auteur is arts in verpleeghuis Salem in Ridderkerk en auteur van het boekje ”Genezing op het gebed?”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer