Irak staakt maand lang olie-export
De Iraakse president Saddam Hussein heeft maandag aangekondigd dat Irak met onmiddellijke ingang de export van ruwe olie staakt, om het Westen en Israël te dwingen tot een ander beleid tegenover de Palestijnen.
Irak geeft hiermee gevolg aan de oproep van de Iraanse geestelijk leider ayatollah Ali Khamenei, die vorige week opriep tot een eensgezinde Arabische reactie als protest tegen het Israëlische offensief in de Palestijnse gebieden.
Saddam sprak op de Iraakse staatstelevisie de hoop uit dat andere Arabische landen zijn voorbeeld zullen volgen. Het embargo zal een maand duren en na afloop van die periode worden geëvalueerd, aldus een woordvoerder van de Iraakse regering.
De Turkse regering maakte bekend dat zij nog niet formeel op de hoogte is gesteld van de Iraakse maatregel. Via pijpleidingen naar Turkije exporteert Irak het grootste deel van de door de Verenigde Naties toegestane hoeveelheid olie in het kader van het olie-voor-voedselprogramma waaraan het land sinds het einde van de Golfoorlog onderworpen is.
Een woordvoerder van de Libische leider Muammar Gaddafi heeft maandag gezegd dat Libië achter een tijdelijke olieboycot tegen het Westen staat, maar liet in het midden of Libië er actief aan mee zal doen.
De Organisatie van Olie Exporterende Landen (OPEC) reageerde vorige week al negatief op de oproep van Khamenei en ook twee van de grootste olie-exporteurs, Saudi-Arabië en Koeweit, hebben bekendgemaakt niet aan het embargo mee te zullen doen. Analisten zeggen dat het Iraakse besluit om de export van olie op te schorten geen effect zal hebben op de prijzen of het aanbod van ruwe olie op de wereldmarkt.
Irak heeft maandag met raketten en luchtafweergeschut Amerikaanse en Britse gevechtsvliegtuigen verjaagd die luchtaanvallen op het noorden en zuiden van het land uitvoerden.
De vijandelijke toestellen die aanvallen op de noordelijke provincies Dohuk, Erbil en Ninive uitvoerden, werden gedwongen te vluchten naar hun basis in Turkije. Andere Britse en Amerikaanse gevechtsvliegtuigen, die zuidelijke regio’s aanvielen, moesten terugkeren naar hun bases in Saudi-Arabië en Koeweit, aldus de militaire zegsman.
Amerikaanse en Britse vliegtuigen patrouilleren boven de twee ”no-fly-zones” die Washington en Londen na de Golfoorlog hebben ingesteld. Die zijn bedoeld om de Koerdische bevolking in het noorden en de sjiieten in het zuiden van Irak te beschermen tegen het leger van president Saddam Hussein. In het gebied mogen geen Iraakse vliegtuigen komen. Irak erkent de zones niet.