Waterschap vraagt fruittelers zuinig te zijn met besproeien
Waterschap Rivierenland roept fruittelers op om zuinig en verstandig om te gaan met het beregenen van fruitbloesem. De fruitbomen staan door de droge, zonnige en zachte maand maart al in bloei. Nu er de komende dagen nachtvorst wordt verwacht zullen veel fruittelers de bloesem gaan beregenen om vorstschade te voorkomen. Dat vraagt veel water, terwijl de waterstand in de rivieren erg laag is voor de tijd van het jaar, aldus het schap.
Bij nachtvorst bevriest de bloesem en zal de boom geen vruchten dragen. Door boomgaarden te beregenen bevriest alleen het laagje water dat zich heeft gevormd en blijft de bloesem behouden. Nu de grondwaterstand alweer flink zakt en er sprake is van laagwater, is dat voor het waterschap „een uitdaging”, aldus een woordvoerder. Het water moet uit de laagstaande rivieren worden gepompt. Onderweg zakt water deels weer weg in de droge bodem. Sinds de droogte van 2018 is volgens het schap duidelijk dat het watersysteem in fruitteeltgebieden aan de grens is. Veruit de meeste fruitteelt van Nederland heeft plaats in het werkgebied van waterschap Rivierenland.
Het schap wil dat de fruitboeren het beregenen beperken tot de kwetsbaarste percelen. Een andere mogelijkheid is dat de telers onderling afstemmen wie wanneer de beregeningspompen aanzet. Als er minder water wordt gevraagd, heeft het schap meer tijd om water aan te voeren naar gebieden die niet direct aan een rivier grenzen.
Het waterschap waarschuwt al enkele jaren dat de fruitteelt last krijgt van waterschaarste. Desondanks zijn er nog veel nieuwe boomgaarden aangeplant met pompen en beregeningsinstallaties. In de oostelijke Tielerwaard, waar het water helemaal vanuit de Linge moet komen, zijn bijvoorbeeld tientallen hectares nieuw aangeplant, zegt het waterschap.