Geen eenheidsworst van tichelstenen
Onlangs hoorde ik in een kerkdienst in het Duitse Harzgebergte preken over de torenbouw van Babel. De fraaie kloosterkapel van Walkenried bood een mooie meditatieve omgeving. Ooit was dit noordelijkste berggebied van Duitsland bekend om mijnbouw en hekserij. De communistische machthebbers gebruikten het voor vakantie, om te skiën op de Brocken, de hoogste berg van de Harz. Die schraalheid is voorbij. De Harz is nu een natuur- en wandelgebied met een grote plantenrijkdom en een grote verscheidenheid aan cultuur, met prachtige historische stadjes.
In de preek ging het over de torenbouw van Babel. Deze keer lag eens niet de nadruk op de zondige hoogmoed, die veelal naar voren komt bij de gebruikelijke uitleg, maar eigenlijk op een ander soort hoogmoed. Die van de eenzijdigheid. Nadrukkelijk komt namelijk aan het begin van Genesis 11 naar voren dat de mensen de techniek van kleitegels metselen met een soort asfalt gingen beheersen. Van kleikalk konden ze uniforme tegels kneden en die op elkaar stapelen.
Voordat men deze techniek kende, beschikte men alleen over rotsachtige natuurstenen, die veelzijdig, hoekig en niet eenduidig gevormd waren. Het op elkaar stapelen ervan kostte veel denkwerk en het passen en meten vergde tijd. Hierbij moest zorgvuldig met de eigenaardigheid van de rotsstenen rekening worden gehouden, of ze kregen de juiste vorm door bij te schaven en te schuren.
De toepassing van de preek ging onder andere over de vraag hoe gemeenteopbouw en pastoraat uit te voeren. Vanwege de veelkleurigheid van menselijke karakters en hun geestelijke ervaringen was de vraag of we een natuursteen- of een tichelsteenbenadering kunnen toepassen. Petrus dacht ongetwijfeld aan die ”levende natuurstenen”, toen hij opriep om een geestelijk huis te bouwen.
Ik denk dat die voorzichtigheid om geen ”tichelsteenbenadering” toe te passen voor elke organisatievorming geldt. Duurzaam bouwen betekent veelkleurigheid en soortenrijkdom erkennen. Tegenwoordig wordt in de bedrijfskunde een vergelijking gemaakt met de ecologische ecosysteembenadering uit de biologie. Daarbij gaat het over een diversiteit aan bedrijven en kennisorganisaties, die samen bijvoorbeeld een innovatie-ecosysteem vormen. Of over een ongelijksoortig aantal organisaties uit zowel de publieke overheidsorganisaties als de private marktorganisaties, die gezamenlijk een gemeenschappelijk maatschappelijk doel willen realiseren.
Een ecosysteembenadering beoogt het realiseren van een doelstelling die men in zijn eentje niet kan bereiken. Al ga je alleen sneller, samen kom je verder, is de gedachte. Elke partij draagt in het grotere geheel van belangen een steentje bij om te komen tot een gezamenlijke doelstelling, die deze veelkleurigheid weerspiegelt. Om zo’n oplossing langdurig in stand te kunnen houden, zijn vaak verschillende fasen nodig. Ook dit is in de biologie bekend als het verschijnsel van successie. Dit treedt op wanneer binnen een bepaalde tijdsperiode de samenstelling van planten- en bomensoorten in een gebied verandert naar een gemeenschap met een complexere diversiteit aan soorten. Nu is die soortenrijkdom niet zo makkelijk te stimuleren. Ook in bedrijfskundige principes geformuleerd, is het hard werken voor organisaties om gezamenlijkheid in belangen voor een duurzame toekomst op één lijn te krijgen.
Bij de torenbouw van Babel kwam het probleem van de menselijke verdeeldheid naar voren. De torenbouw symboliseerde de illusie van een gezamenlijke eenheid naast de zondige hoogmoed. Het was ook een vorm van eenduidige, mensgerichte veiligheid zoeken. Voor die gezamenlijkheid en versterking van het ecosysteem is het wel nodig dat je eerst elkaars taal leert spreken en de bereidheid hebt je in elkaars gedachtegang te verdiepen. Nogmaals, waar slechts op één manier gedacht mag worden en met één taal gesproken mag worden, verschraalt het bestaan tot een ”tichelsteenaanpak”. De term ”eenheidsworst” is in het Nederlands een aanduiding geworden voor iets wat door zijn volstrekte uniformiteit als niet erg aantrekkelijk wordt gezien. Helemaal als dit een van bovenaf opgelegde samenstelling is. Wij mensen voelen ons niet prettig wanneer we tot ”tichelstenen” worden gereduceerd in een soort intensieve menshouderij binnen organisaties. Die eenheidsworst komt de duurzame toekomst van welk type en soort organisatie dan ook niet ten goede.
De auteur werkt bij de CHE en Nyenrode Business Universiteit.