Waarheid in Persoon
Heeft het bezig zijn met theologie te maken met waarheid?
Een ervaring tijdens een korte vakantie in de provincie Noord-Holland na biddag gaf aanleiding tot deze vraag. Na een duinwandeling ging het richting Alkmaar. De vaderlandse geschiedenis met betrekking tot het Noorderkwartier heeft een boost ontvangen in het Stedelijk Museum. Moedig hebben de inwoners van Alkmaar in 1573 verzet geboden en de legers van de Spanjaarden van zich afgeslagen. Ik leerde dat we niet meer spreken over de Gouden Eeuw, maar politiek correct over de zeventiende eeuw. Immers, niet iedereen deelde toentertijd gelijkelijk in winst en welvaart. We denken inclusief en iedereen moet zich op haar of zijn gemak kunnen voelen in het museum.
In een stad die ik nog niet ken, google ik steevast op de naam van de plaats plus het woord antiquariaat. In Alkmaar leidde de weg naar Antiquariaat De Alkenaer. Een winkel waar we zuinig op moeten zijn. Een etalageruit die de laatste decennia niet door spons en zeem beroerd is. Binnen volgde de verwondering over drie verdiepingen met alleen maar boeken. Ik was voorbereid, want de reviews lopen nogal uiteen.
„Waar bent u naar op zoek?” vroeg de antiquair.
„Ik ben geïnteresseerd in theologie en geschiedenis.”
„De theologie heb ik bij sprookjes gezet en geschiedenis bij waarheid.”
Met De Liagre Böhls biografie van Miskotte ging ik naar buiten. Een gaaf exemplaar, afgeschreven door een bibliotheek waar het waarschijnlijk nooit is uitgeleend.
Dat stalen gezicht van de boekverkoper en zijn zeer directe opmerking zijn wel binnengekomen. Houden wij ons met sprookjes bezig, of zijn wij vrienden van de waarheid? Vragen die in de lijdenstijd des te indringender op ons afkomen. Toen Pontius Pilatus verbaasd de vraag stelde: „U bent dus toch een koning?”, kreeg hij uit de mond van Jezus te horen: „U zegt dat Ik een Koning ben. Hiervoor ben Ik geboren en hiervoor ben Ik in de wereld gekomen: om voor de waarheid te getuigen. Iedereen die uit de waarheid is, geeft aan Mijn stem gehoor.” Waarop de stadhouder antwoordde: „Wat is waarheid?” (Johannes 18:37v)
Waarheid is in het evangelie van Johannes geen abstract begrip, maar onlosmakelijk verbonden met de Persoon van Jezus Christus. In vers 14 van de proloog (hoofdstuk 1) lezen we dat Gods Zoon „vol van genade en waarheid” is. Dit alles loopt uit op Jezus’ zelfopenbaring: „Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven” (Johannes 14:6).
Wanneer Jezus Zijn leerlingen voorbereidt op de nieuwe situatie na Zijn hemelvaart, belooft Hij de Heilige Geest te zenden. Nadrukkelijk noemt Hij de Geest „de Geest van de waarheid.” Wanneer Jezus niet meer bij de Zijnen is, zal de Geest „u in alles onderwijzen en u in herinnering brengen alles wat Ik u gezegd heb” (14:17 en 26).
Johannes maakt ons duidelijk dat de waarheid alleen te vinden is in de ontmoeting met Jezus. We hebben de naam van Pilatus al genoemd. Hoewel hij Jezus ontmoet, haalt hij zijn schouders op. In de Persoon van Jezus staat de waarheid in eigen Persoon voor hem en toch ziet hij haar niet. Jezus dringt Zich niet op, maar laat Zich in liefde vinden en nodigt uit om je hart aan Hem te geven.
De Waarheid is niet alleen Persoon. Jezus verschijnt ons, zoals we dat noemen, ook in het gewaad van het Woord. Het gaat dus tevens om het ontvangen van Zijn woorden. De ontmoeting met Hem Die de Waarheid is, spoort ons aan om steeds weer na te denken en de grote vragen van het leven te doordenken in het licht van de waarheidsvraag.
Aan dit proces komt in deze bedeling geen einde. Het is een denkproces dat gedragen wordt door de woorden van Psalm 111: „De vreze des Heeren is het beginsel van wijsheid, allen die ernaar handelen, hebben een goed inzicht.”
P.S.: Mocht u naar Alkmaar gaan, zorg dan wel dat u contant geld bij u hebt, want u kunt niet pinnen.
De auteur is bijzonder hoogleraar geschiedenis gereformeerd protestantisme vanwege de Gereformeerde Bond aan de PThU in Amsterdam en predikant van de hervormde wijkgemeente Grote Kerk in Hilversum.