Na tien jaar praten is het nu tijd om te gaan doen. Faber wil de komende anderhalve week in Den Haag een begin maken met de daadwerkelijke bescherming van de bossen, de bestrijding van uitheemse soorten en een rechtvaardige verdeling van genetische bronnen.

Dat er nog heel wat moet gebeuren voor het zo ver is, weet Faber ook. Er mogen dan 2000 mensen, onder wie zo’n honderd ministers, uit 166 landen hebben ingeschreven, zij moeten het voorlopig doen met 2,8 miljard dollar. Bovendien zijn er nog maar veertien landen die het VN-verdrag over biodiversiteit hebben geratificeerd, van de vijftig die nodig zijn om het in werking te laten treden. „En het is zo’n belangrijk probleem”, klaagt directeur Töopfer van de VN-organisatie voor het milieu UNEP maandag. Hij geeft de VS als voorbeeld van de schade die uitheemse soorten kunnen veroorzaken. Daar zijn ze jaarlijks 30 miljard dollar kwijt aan de bestrijding van agressieve uitheemse soorten. Een ongelukkig voorbeeld, want de VS hebben niet eens de moeite genomen om aan het verdrag mee te doen.

Voorzitter Faber laat zich erdoor niet uit het veld slaan, want de Amerikanen zijn er wel bij in Den Haag. „Met zo’n veertig man, en die zijn erg actief.”