’VS overdrijven nucleaire capaciteit Noord–Korea’
De Verenigde Staten overdrijven de nucleaire dreiging die uitgaat van Noord–Korea. Dat stelt een Amerikaanse deskundige op het gebied van buitenlands beleid, Selig Harrison, in een artikel dat komende week verschijnt in het tijdschrift Foreign Affairs en waaruit de zakenkrant Financial Times vrijdag citeerde.
De manier waarop de VS de feiten verdraaien, is te vergelijken met de wijze waarop zij twijfelachtige gegevens over het vermeende Iraakse wapenprogramma als bewijs presenteerden, aldus Harrison. Hij is directeur van de afdeling Azië van het Centrum voor Buitenlands Beleid in Washington.
De VS en Noord–Korea spraken in 1994 af dat Pyongyang niet zou streven naar de ontwikkeling van kernwapens. Harrison, die al sinds de jaren zeventig op hoog niveau toegang heeft tot Noord–Koreaanse leiders, was betrokken bij de onderhandelingen die leidden tot deze overeenkomst.
Washington beschuldigt Noord–Korea er sinds 2002 van dat het in het geheim toch uranium verrijkt om kernwapens te ontwikkelen. Het stalinistische regime in Pyongyang ontkent in alle toonaarden dat het er een verrijkingsprogramma op na houdt. Deze woordenstrijd vormt het voornaamste struikelblok voor internationale besprekingen over de nucleaire crisis rond Noord–Korea.
Volgens Harrison ontbreekt betrouwbaar bewijs voor de Amerikaanse aantijgingen. „Op basis van onvolledige gegevens heeft de regering–Bush het ergst mogelijke scenario gepresenteerd als de onweerlegbare waarheid en zijn inlichtingen over Noord–Korea (net als in het geval van Irak) verdraaid", aldus de Amerikaan.
Volgens Harrison heeft Washington bewust geknoeid met inlichtingen „voor politieke doeleinden". Volgens hem wil de Amerikaanse regering iedere Japanse of Zuid–Koreaanse toenaderingspoging in de kiem smoren om zo de mogelijkheid van een verandering van het regime, zoals in Irak, open te houden.