Macht en tegenmacht in oorlogstijd nog belangrijker
Het principe van macht en tegenmacht is essentieel voor een doelmatig en betrouwbaar landsbestuur. Rond Oekraïne is van die tegenmacht in Duitsland en Nederland weinig te merken.
Kortgeleden herontdekte Nederland het begrip ”macht en tegenmacht”, als ultiem recept tegen een kwakkelende democratie. En terecht: tegenmacht is essentieel voor een doelmatig en betrouwbaar bestuur (en voor een innovatieve economie). Zonder tegenmacht dreigt macht te verworden tot tirannie. De Franse filosoof Montesquieu (1689-1755) wist dat al, net als de calvinistische grondleggers van onze rechtsstaat. De Nederlander van nu weet het inmiddels ook, door een toeslagenaffaire en een ”functie elders” voor Kamerlid Omtzigt.
In dit licht vervulde het applaus voor de nieuwe Duitse bondskanselier Olaf Scholz mij met een zekere onrust. Want wanneer een regeringsleider zichzelf positioneert op een „keerpunt in de geschiedenis”, moet je oppassen. En als een regering (in dit geval de Duitse) op een achternamiddag 100 miljard euro vrijmaakt voor het leger, en in plaats van kritische vragen een staande ovatie ontvangt, helemaal.
Het RD waardeer ik als een krant die de tijdgeest nuchter en waakzaam in de ogen kijkt. Het hoofdredactioneel commentaar ”Scholz krijgt terecht staande ovatie” (RD 1-3) heeft mij dan ook zeer bevreemd. Ik realiseer me dat het RD een robuuste voorvechter is van defensie en van de 2 procentsnorm (Europese NAVO-lidstaten moeten minimaal 2 procent van hun begroting aan defensie uitgeven). Dat is een doordachte overtuiging. Het besluit van de Duitse regering om voortaan jaarlijks meer dan 2 procent van het bruto binnenlands product in het militaire apparaat te investeren, is dat beslist niet. Dit besluit heeft alleen het sentiment van het moment als basis. En sinds wanneer krijgen regeringsleiders staande ovaties voor hun besluiten? Macht en tegenmacht…
Ook in Nederland is de tegenmacht momenteel ver te zoeken. Een wezenlijke, morele discussie die onze geopolitieke positie zou moeten verantwoorden en bestendigen, blijft door een panische behoefte aan eensgezindheid achterwege. Gerespecteerde politici wagen zich er niet aan. Een enkel Kamerlid dat een tegengeluid laat horen, wordt onmiddellijk als vijfde colonne in de hoek gezet.
Onze veelgeroemde ”onafhankelijke” media lijken ook al geen behoefte te hebben aan kritische reflectie. We blijven liever hangen in oppervlakkige opmerkingen over goed en kwaad, waarbij ”wij” natuurlijk aan de goede kant staan.
Tegengeluiden die we te weinig horen, zijn bijvoorbeeld:
– President Biden heeft de Russische mentaliteit totaal verkeerd ingeschat, met zijn keuze voor dreigementen in plaats van het compromis te zoeken. Wat betekent dat trouwens voor onze houding tegenover Amerika en Rusland?
– Oostelijke uitbreiding van de NAVO en de EU betekende niet alleen een onnodige irritatie van de Russische gevoelens, maar was wellicht ook onwenselijk vanuit ons eigen belang. Immers, hoe groter een organisatie, des te verder van de burger vandaan.
– Rusland afsluiten van het mondiale betaalsysteem Swift is een (economische) oorlogshandeling die ontzettend veel burgers treft.
Geweldsspiraal
Wat zich in Oekraïne voltrekt, is vreselijk. De verantwoordelijkheid van de Russische regering voor dit drama is onmiskenbaar. Ook realiseer ik me dat Rusland zelf bepaald niet het toonbeeld is van macht en tegenmacht. Maar laten we toch waken voor het naïef en klakkeloos volgen van onze westerse leiders. Zij hebben ook een aandeel in deze tragische geweldsspiraal.
De auteur is geograaf met een bijzondere interesse voor landen van de voormalige Sovjet-Unie.