Bruls: opvang Oekraïners zal om heftige keuzes vragen
De opvang van Oekraïense vluchtelingen zal om heftige en grote keuzes gaan vragen. Er zullen af en toe harde beslissingen moeten worden genomen, die niet iedereen goed zullen bevallen. Dat zal niet altijd fijne discussies opleveren. Dat verwacht Hubert Bruls, voorzitter van het Veiligheidsberaad en burgemeester van Nijmegen.
Bruls: „Iedereen is nu met de beste bedoelingen bezield en dat is mooi, maar het gaat langer duren dan een paar weken. We weten niet hoeveel vluchtelingen naar Nederland komen. Het kunnen er 50.000 zijn, maar misschien ook wel 100.000 of meer. En we hadden al een probleem met de opvang van asielzoekers en er is woningnood. Toch moet iedereen een plekje krijgen. Dus er komen heel veel uitdagingen op ons af en ik wil ervoor waarschuwen dat het over een paar maanden misschien niet meer allemaal zo vrolijk en mooi is.”
Bruls is er zeker van dat de veiligheidsregio’s de gevraagde 50.000 opvangplekken voor Oekraïense vluchtelingen gaan vinden. „Maar dat zijn lang niet allemaal plekken waar mensen heel lang kunnen verblijven. Dus straks moeten we wellicht vluchtelingen onderbrengen in woonwijken. Daar zal niet iedereen blij mee zijn. Toch zullen we dan misschien gaan zeggen: het gaat gewoon gebeuren, want het moet.”
De 25 burgemeesters van het Veiligheidsberaad, voorzitters van de veiligheidsregio’s, onderhouden het contact met het kabinet over de opvang van Oekraïners. Ook zullen de burgemeesters onderling „de pijn gaan verdelen”, zodat elke regio een evenredig deel van de opvang op het bordje krijgt. „In Nijmegen hebben we onderwijs georganiseerd voor de kinderen van de Afghaanse vluchtelingen, dus wij weten hoe het werkt. Maar voor veel gemeenten zal het hoofdbrekens gaan kosten. Ook zulke dingen kunnen we via het beraad delen.”