Wilders vraagt de bewindslieden onder meer hun mening over „bronnen binnen de veiligheidsdiensten” die aan media hebben verteld dat medewerkers, sympathisanten en aspirant-kamerleden veiligheidsrisico’s lopen. Ook zouden aanhangers van Wilders direct zijn gewaarschuwd voor de gevaren van samenwerking met de voormalige VVD’er.

Verder wil Wilders weten waarom minister Donner liegt als die zegt dat hij geen klachten heeft gehoord van Wilders over de veiligheid rondom diens organisatie. Volgens de woordvoerder van Donner heeft de bewindsman dat niet gezegd. De minister heeft in dit verband met Wilders gesproken over diens functioneren als kamerlid, niet over het opzetten van een beweging.

Wilders vraagt om een persoonlijk gesprek met premier Balkenende en de ministers Donner en Remkes over „alles betreffende de veiligheid van mijn nieuwe politieke beweging en daaraan verbonden personen.” PvdA-leider Bos sloot zich daar donderdag voor een deel bij aan. Hij riep Wilders en Donner ertoe op hun discussie over de beveiliging niet langer via de media te voeren. Hij noemde dat „onverstandig.”

Wilders heeft overigens zijn zin gekregen in het conflict met kamervoorzitter Weisglas. Die besloot alsnog dat Wilders op een andere plek in de plenaire zaal van de Tweede Kamer mag zitten. Wilders’ stoel staat nu nog achteraan, recht onder de publieke tribune, waardoor hij zich onveilig voelde. Weisglas besloot op advies van de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging Wilders drie plaatsen naar voren te zetten.

Afgelopen dinsdag achtte Weisglas de verhuizing nog niet nodig. De kamervoorzitter zei toen dat de klacht bij hem bekend was, maar dat de top van de beveiligingsdiensten AIVD en DKDB oordeelden dat Wilders niet naar een andere plek hoefde.