Kerk & religie

Jezus wacht

Johannes 12:22

Hendrik van Lis
10 March 2022 07:51
beeld RD
beeld RD

„Filippus kwam en zei het Andréas; en Andreas en Filippus wederom zeiden het Jezus.”

Met een vlucht, weg van alle andere leidslieden vandaan, gaan zulke zielen naar Filippussen. Met een biddend verlangen. Ach, mocht ik Jezus eens zien en Zijn aanbod van genade aan mij, mij onzalige, eens met volle overreding en toe-eigening kunnen geloven.

Als zulke mensen zo’n middel mogen aantreffen, is dat als koud water op een vermoeide ziel. Zij kunnen soms de dagen tellen, wanneer hun weer dezelfde woorden des levens zullen verkondigd worden.

Maar hier moet ik nog deze vraag stellen: Waarom gaan deze zo begerige zielen niet rechtuit naar de Heere Jezus? Die is immers zo vriendelijk voor ellendigen en allen wie ook maar tot Hem komen?

Al was het zelfs ontijdig, ja, ’s nachts, zoals Nikodémus deed (Johannes 3). De Heere Jezus sprak immers met hem zulke hoge en goddelijke zaken. Waarom doen deze Grieken ook niet zo? Waarom slaan zij zo’n gehele omweg in, zoals wij hier zien?

Daarop is het weer (Johannes 12:22): „Filippus kwam en zei het Andréas.” Dus nog meer uitstel en menselijke middelen gebruikt?

Mogelijk kwam dit onder meer uit onkunde ten aanzien van Jezus’ vriendelijkheid en goedheid voort, want de Heere Jezus is toch weldra te bewegen om vragende en zoekende zielen gehoor te verlenen. Hij wacht toch om genadig te zijn en wil zelfs vóór men Hem vraagt, antwoorden en de ziel met genade te hulp komen.

Hendrik van Lis,
oefenaar te Den Haag

(”Twintig oefeningen”, 1872)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer