Olieprijzen zakken flink in na eerdere opmars
De olieprijzen zijn woensdag flink ingezakt na de eerdere prijsrally. Amerikaanse olie zakte 11,4 procent in prijs tot 109,58 dollar per vat en Brentolie werd 12,5 procent goedkoper tot 111,98 dollar per vat. Eerder deze week bereikten de olieprijzen nog hun hoogste niveau in 13 jaar. Daarbij kostte alleen al Amerikaanse olie zo’n 130 dollar per vat.
De reden voor de prijsval is niet helemaal duidelijk. De Amerikaanse president Joe Biden kondigde eerder aan Russische olie in de ban te doen. Daarbij gaan er geruchten dat hij meer bondgenoten van een dergelijke stap weet te overtuigen. Daartegenover zouden landen van oliekartel OPEC en bondgenoten juist hun productie kunnen verhogen als daarom zou worden gevraagd.
De OPEC-landen zetten eerder het mes in de productie om daarmee de prijzen te stutten. Zeker in de coronacrisis was er veel meer aanbod dan vraag naar olie wat de prijzen geen goed deed. OPEC-lid Irak zou volgens ingewijden aangegeven hebben dat de productie opgevoerd zou kunnen worden.
Vorige week gaf het Internationaal Energie Agentschap (IEA) nog 60 miljoen vaten aan oliereserves vrij om de verstoringen in de bevoorrading als gevolg van de Russische invasie te compenseren. Het agentschap noemde de maatregel „een eerste reactie” en zei dat er meer olie vrijgegeven zou kunnen worden indien nodig.
Het Verenigd Koninkrijk kondigde eerder aan ook de aankoop van Russische olie te beperken. Tegen het einde van het jaar moeten de importen geleidelijk zijn stopgezet. De Europese Unie onthulde ook een plan om zich te ontdoen van de afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen.