Kabinet wil Europese schuldnorm handhaven
Den Haag. Het kabinet zet erop in dat de belangrijkste Europese begrotingsregels in de toekomst blijven gelden.
Dat schreef minister Sigrid Kaag (Financiën) vrijdag aan de Tweede Kamer. Wat Kaag betreft blijft de Europese schuldnorm onveranderd. Die bepaalt dat de overheidsschuld van een EU-land niet hoger mag zijn dan 60 procent van de omvang van de economie. Ook de regel dat het begrotingstekort niet hoger mag uitvallen dan drie procent van de omvang van de economie blijft wat Kaag betreft in de toekomst gelden.
Door de coronacrisis heeft de evaluatie van het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) vertraging opgelopen en zijn de Europese begrotingsregels tot begin 2023 buiten werking gesteld. Inmiddels is de evaluatie hervat; in Europees verband spreken de ministers van Financiën met elkaar over mogelijke aanpassingen van de begrotingsregels. Medio 2022 doet de Europese Commissie voorstellen om het SGP aan te passen.
Volgens minister Kaag is het „zeer lastig” om de belangrijkste Europese begrotingsregels te veranderen. Om dat voor elkaar te krijgen is unanimiteit vereist; alle EU-lidstaten moeten het dan met elkaar eens zijn. Om die reden is behalve Nederland ook de Europese Commissie en een aantal andere lidstaten ervoor om de belangrijkste Europese begrotingsregels ongewijzigd te laten, schrijft Kaag.
De minister wil wel praten over het schuldafbouwcriterium. Die regel stelt dat een land met een overheidsschuld van meer dan 60 procent zijn schuld jaarlijks met één twintigste van de overschrijding moet afbouwen. „In de praktijk is deze regel niet effectief gebleken”, aldus Kaag.
De minister sluit overigens niet uit dat de Europese begrotingsregels opnieuw buiten werking worden gesteld vanwege de oorlog in Oekraïne. Dat moet volgens Kaag worden bezien als meer duidelijk is over de economische en budgettaire impact van de oorlog.