In een interview met CBS zeiden enkele Amerikaanse deserteurs in Canada woensdagavond dat ze geen lafaards zijn. Ze vinden dat president Bush een „verkeerde oorlog" voert, die niet strookt met hun geweten. De 24–jarige Dan Felushko vindt dat het zijn „recht is om te kiezen wat goed en fout is". Hij verklaarde dat hij ondanks wat de regering suggereerde geen verband zag tussen de aanslagen van 11 september 2001 en het regime van de Iraakse president Saddam Hussein.

Brandon Hughey, ook gedeserteerd en ook in Canada, zei dat hij na zijn basistraining voor uitzending naar Irak geen reden meer zag te vertrekken. „Het was toen duidelijk dat er geen massavernietigingswapens waren in Irak en dat ze waarschijnlijk ook niet meer gevonden zouden worden. En beweringen over banden tussen Irak en al–Qaeda bleken zonder grond, op zijn zachtst gezegd. Ik was boos, omdat ik vond dat onze levens als soldaat te grabbel werden gegooid."

In tegenstelling tot in de jaren van de Vietnamoorlog staan de poorten van Canada nu niet wijd open voor Amerikaanse deserteurs. Om voorlopig in het land te mogen blijven, moeten ze een vluchtelingenstatus aanvragen en ook voor een speciale rechtbank kunnen aantonen dat ze vluchteling zijn.

De eerste zittingen van deze rechtbank zijn deze week begonnen, maar onduidelijk is nog of de rechter een tijdelijke verblijfsvergunning zal toestaan aan de Amerikaanse deserteurs.

Formeel kunnen militairen in oorlogstijd in de VS de doodstraf krijgen. Volgens CBS is in het verleden evenwel gebleken dat de betrokkenen celstraffen krijgen tot circa vijf jaar. De Verenigde Staten hebben momenteel ongeveer 150.000 manschappen in Irak.