Grip op geld beïnvloedt welbevinden
Grip op de portemonnee heeft veel meer invloed op het geluksgevoel van een mens dan de hoogte van het inkomen. Zijn mensen die grip op hun financiën kwijtgeraakt, dan kiezen ze sneller voor het lenen van geld dan voor het vragen van hulp.
Dat blijkt uit een onderzoek door het Nibud en Wageningen Universiteit naar inkomensterugval en de beleving daarvan. Het onderzoek, dat is uitgevoerd voor het Landelijk Platform Integrale Schuldhulpverlening (LPIS), is gedaan onder mensen die de afgelopen twee jaar te maken hebben gehad met een inkomensterugval, als gevolg van bijvoorbeeld werkloosheid, arbeidsongeschiktheid of scheiding.
Uit het onderzoek komt naar voren dat meer dan de helft van de ondervraagden het nieuwe -dus lagere- inkomen onvoldoende of net genoeg vindt om van rond te komen. Maar, aldus de onderzoekers, dat draagt nauwelijks bij aan de psychologische geluksbeleving. Grip op de eigen situatie wordt van veel groter belang geacht. „Geld maakt dus niet gelukkig, grip op de knip wel.”
In bijna de helft van de gevallen houden mensen geen rekening met een eventuele terugval in inkomen. Ze sparen niet, passen hun uitgavenpatroon niet aan en sluiten er ook geen verzekering voor af. Van diegenen die geen maatregelen hebben genomen, vindt achteraf eenderde dat ze meer hadden moeten sparen.
Een inkomensterugval wordt in de helft van de gevallen opgevangen door de spaarrekening aan te spreken. Zo’n 30 procent van de ondervraagden zet minder geld opzij en bijna een kwart neemt zijn toevlucht tot lenen. „Als men denkt dat het lagere inkomen tijdelijk is, is het percentage dat leent nog veel hoger. Het blijkt dat meer mensen kiezen voor lenen dan voor hulp vragen”, aldus het Nibud. Het instituut noemt dat een „vrij drastische maatregel. Beter is om eerst te kijken waar er nog bezuinigd kan worden of om hulp te vragen.”
Steeds meer mensen doen een beroep op schuldhulpverlening, zo blijkt uit een ander onderzoek van het Landelijk Platform Integrale Schuldhulpverlening, dat samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is verricht. De resultaten daarvan werden ook vanmorgen bekendgemaakt. In 2004 meldden zich 152.000 huishoudens met schulden bij een kredietbank, de sociale dienst van de gemeente of het maatschappelijk werk. Dat is bijna twee keer zo veel als de 78.000 aanvragen in 2001. Vergeleken met vorig jaar is het een toename met 13,5 procent.
De toename van de vraag zet de uitvoering van de schuldhulpverlening onder druk. Volgens het platform is een forse verhoging van het budget nodig. Maar de gemeenten, die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de schuldhulpverlening, doen dat niet, zeggen de organisaties.
Een belangrijke oorzaak van de toename van schulden is de economische recessie, waardoor achterstanden ontstaan in vaste lasten. Ook de euro speelt nog altijd een rol en veel mensen hebben last van de complexiteit van het financieel verkeer, aldus het LPIS. De organisatie stelt vast dat schuldeisers minder bereid zijn om mee te werken aan schuldregelingen. Schuldhulpverleners geven aan dat steeds meer jongeren en mensen met een psychiatrische achtergrond in de schulden geraken.