Kabinet wil dat helft van top in (semi)publieke sector vrouw is
Overheden en organisaties die een publieke taak uitvoeren of met belastinggeld worden gefinancierd, moeten toe naar een (sub)top die voor de helft bestaat uit mannen en voor de helft uit vrouwen. Het gaat om ministeries, uitvoeringsorganisaties, zelfstandige bestuursorganen en adviescolleges.
Het wettelijk streefcijfer voor de (semi)publieke sector komt net als voor het bedrijfsleven te liggen op minimaal 33 procent. Het streven wordt echter om binnen vijf jaar wel op een gelijke verdeling van mannen en vrouwen te komen, heeft het kabinet vrijdag besloten. Als dit niet lukt kan alsnog worden besloten tot een wettelijk quotum.
In de (semi)publieke sector - die ongeveer een miljoen werknemers telt - werken al meer vrouwen in hoge functies dan in het bedrijfsleven. Het kabinet wil dat de sector „een voorbeeld is voor de maatschappij”. Meer diversiteit in de top zorgt volgens het kabinet voor een betere kwaliteit van het beleid.
Sinds 1 januari zijn grote bedrijven verplicht om meer vrouwen in de leiding te benoemen. De raad van commissarissen van beursgenoteerde bedrijven moet bestaan uit zeker een derde vrouwen en een derde mannen. De bedrijven zijn verplicht om in de bestuursverslagen te rapporteren over de plannen om het aantal vrouwen en mannen in de top gelijk te krijgen.